The Persistence is – in mijn beleving dan – behoorlijk ambigu. Enerzijds vond ik de game ronduit kut. De uren die ik erin heb gestoken waren van tijd tot tijd pure kwelling en frustratie. Anderzijds bleef het me alsmaar bekoren, gelijk een zwart gat wiens zwaartekracht zo hard aan me bleef trekken, dat ik wel terug moest keren. Wat dat betreft moet ik het Britse Firesprite complimenteren met hun port van The Persistence. Ondanks het feit dat deze game in theorie heel wat tegen zich heeft, is de consoleversie lang niet zo’n puinhoop als het titulaire ruimtewrak zelf.
Welkom terug, Zimri
Want ja, The Persistence is – voor diegenen die dat nog niet wisten – geen nieuwe game. Bezitters van een PlayStation VR mochten in 2018 al hun eerste stappen zetten in ronddobberende hoopje space-ellende genaamd The Persistence. Inderdaad, van origine hebben we te maken met een VR-game, welke op veler verzoek is geport naar de consoles en pc. Voor velen is dit al red flag nummer één, gezien het aantal succesvolle volledige ‘VR naar non-VR ports of vice versa’ – niet bijster hoog is. Ze zijn er wel – Superhot is daar een goed voorbeeld van – maar over het algemeen voelen vooral de VR naar non-VR geporte games een beetje inferieur aan.
Daarnaast heeft The Persistence een setting gekozen welke al tot in den treuren is uitgewerkt. Vrijwel iedere first-person georiënteerde game die de woorden ‘ruimte’ en ‘overleven’ in zijn premisse heeft zitten, tapt uit het vaatje van ‘desolaat ruimteschip waar shit fout gaat waaruit je moet ontsnappen’. The Persistence vormt daar geen uitzondering in. Jij – of in dit geval een kloon van beveiligingsmedewerker Zimri Elder – lijkt de enige mentaal stabiele overlever te zijn op ruimtestation The Persistence, dat afstevent op een zwart gat. Om een voor jou onduidelijke reden krioelt het ook van de ongecultiveerde mutanten, wat jouw primaire taak – het rebooten van The Persistence en een koers zetten naar de Aarde – er niet bepaald makkelijker op maakt.
VR-port zoals het hoort
Op papier hebben we dus te maken met een potentieel inferieure game met een verhaal waarvan er naar alle waarschijnlijkheid al tig bestaan, en toch is dat niet zo. Allereerst moeten we begrijpen dat de PlayStation VR-versie van The Persistence al iets deed om zich te onderscheiden van een hoop andere PlayStation VR-games: meerwaarde bieden. Voor het eerst in een behoorlijke tijd kregen PSVR-bezitters een game aangeboden die niet als een derderangs gimmick aanvoelde, maar daadwerkelijk een kwalitatief hoogstaande survival/horrorgame vormde. Het was geen Resident Evil 7-niveau, maar desalniettemin het spelen waard.
Firesprite had dus al een solide basis om mee te werken en heeft wonderbaarlijk genoeg deze VR-game behoorlijk succesvol naar de non-VR-platforms weten te tillen. De reden van dit succes schuilt hem in één specifiek kernelement van het origineel. The Persistence weet vanaf de eerste minuut de spanning goed op te bouwen, wat grotendeels te wijten is aan een subliem gebruik van omgevingsgeluid. VR of niet, wanneer je audio in een first-person game dik in orde is, heb je qua immersiviteit al een aardige voorsprong. Firesprite laat met The Persistence kraakhelder horen hoe geluid allesbepalend kan zijn. Het gebruik van cliché jumpscares in horrorgames wordt veelal gerealiseerd middels visuele stimuli, maar wanneer je door een ruimteschip strompelt waarin hoorbaar mutanten naar je op zoek zijn en elk moment een corridor half uit elkaar dreigt te sodemieteren, heb je geen visuele stimulans meer nodig om op je achterste poten te gaan staan.
Niet krachteloos, toch machteloos
Waar Firesprite ook een prima balans in heeft weten te vinden is het gevoel van machteloosheid, ondank de middelen die de game je gaandeweg aanreikt. Het ruimteschip biedt je aan alle kanten de optie om wapens en upgrades te bemachtigen – welke gekocht kunnen worden met zogeheten stemcells en fab chips die je echt te pas en te onpas ziet rondslingeren. Toch betekent dat niet dat je hiermee à la Rambo door The Persistence kunt stieren, want die eerdergenoemde ongecultiveerde mutanten weten ondanks de beperkte A.I. verdomd snel korte metten te maken met een doldrieste speler. Ze zijn dan misschien niet al te slim, maar in sommige gevallen wel OP as fuck.
En mocht je dan ter ziele gaan – en geloof me, dat gebeurt vaker dan je zou willen – dan mag je ook nog eens helemaal vanaf het begin beginnen. Juist, The Persistence stuurt je genadeloos naar het startpunt, gezien er niet zoiets is al een checkpoint. Daarnaast raak je ook al je gekochte gear kwijt en is het hele schip qua layout door elkaar gehusseld. Eventjes naar je doel rushen omdat je de weg wel uit je hoofd weet, kun je dus vergeten. Alle vijanden die je in je vorige run hebt laten expireren zijn ook weer van de partij, dus makkelijker gaat het er niet op worden. Gelukkig mag je wel je gesprokkelde stem cells en fab chips houden. Dat feit alleen al laat je na enkele gefaalde pogingen wat spaarzamer omgaan met je valuta, want als je in één ruk alles verbrast aan een compleet arsenaal en je onverhoopt toch aan het kortste eind trekt, dan mag je écht vanaf nul beginnen.
Beter goed gekloond dan slecht verzonnen
Deze suspens en onvoorspelbaarheid heeft The Persistence ook echt wel nodig om de game interessant te houden. Zoals eerder geopperd vaart The Persistence in water waarin vele anderen al hebben gevaren. Firesprite heeft overduidelijk inspiratie opgedaan bij zijn voorgangers, want op de uitvoering na zit The Persistance ramvol gameplay-mechanieken die we in menig ruimte-survival/horror-shooter hebben gezien. De vibe is ietwat Alien: Isolation-esk met een vleugje Prey, iets wat bijna onvermijdelijk is. Het is ook niet erg, want The Persistence gaat er best goed mee om, maar het zorgt er wel voor dat The Persistence gameplay-technisch amper vernieuwend is.
Daarnaast valt er over de immer veranderende layout van het speelplan ook wat te zeggen, gezien die veranderingen ook een limiet kennen. De algemene indeling van je map mag dan husselen, maar de individuele kamers zelf blijven vrijwel intact. Hierdoor kun je na enkele gefaalde pogingen toch al gauw voor jezelf bepalen hoe je deze doorkruist, puur omdat je zo goed als weet waar elk obstakel zich begeeft. Daarnaast creëert copy/paste-werk ook al snel een repetitieve omgeving, iets wat Firesprite niet kan verbloemen door elke etage van het schip een andere dominante kleur te geven.
Conclusie
Maar goed, die minpunten zijn eigenlijk peanuts wanneer je de game speelt en zullen veelal je ervaring niet bederven, een ervaring welke ik aan het einde van mijn playthrough toch als uitermate positief moest beschouwen. En dat zegt best veel over de game, gezien ik normaliter al snel het bijltje erbij neergooi wanneer het om roguelikes gaat. Zelfs na de zoveelste death sequence – of ik deze nou terecht vond of niet – bleef ik het maar proberen. Zelfs tot het punt dat mijn in-game personage letterlijk zegt “er moe van te worden” dat we haar zoveelste kloon er doorheen jagen. Geloof me, voor iemand die na een half uur Bloodborne de moed al had opgegeven en de game linea recta van de console haalde, vind ik het knap dat Firesprite me door heel The Persistence heeft weten te loodsen. Wat dat betreft doet de game zijn naam wel eer aan.
The Persistence mag dan niet de meest vernieuwende of oogstrelende ruimte-survival/horrorgame op de markt zijn en het qua immersiviteit afleggen tegen de VR-versie, maar ik steek niet onder stoelen of banken dat Firesprite een puike port heeft weten af te leveren. Het is misschien jammer te noemen dat de port verstoken blijft van de companion app die de PSVR-versie wel had, maar echt missen doe je die niet. Mocht je het geduld op kunnen brengen om keer op keer door dezelfde omgeving te struinen om het gehele plot te ontrafelen, dan ga je jezelf met The Persistence prima vermaken.