MENU

Review: Darksiders Genesis

Een spin-off, het woord klinkt bijna vunzig en doet je denken aan iets van inferieure aard. Het geeft ons vaak een gevoel van ‘het is het net niet’. Vooral wanneer de makers van een spin-off besluiten om structurele veranderingen in een alom bekend concept door te voeren, wil een achterban nogal eens een argwanend worden en diens afkeer laten blijken. Na de aankondiging van Darksiders Genesis had ontwikkelaar Airship Syndicate – bestaande uit een groot deel van het ontbonden Vigil Games – dan ook direct de moeilijke taak om de ontstane scepsis om te zetten in enthousiasme. Met succes, kan ik concluderen, want zelfs ik – iemand die totaal geen brood zag in deze ogenschijnlijke Diablo-kloon – heb me vanaf de eerste minuut tot de laatste vermaakt, vooral omdat Darksiders Genesis gewoon weer als een rasechte Darksiders-game aanvoelt.

“No. Not alone”

Ik durf het bijna niet te zeggen, maar ik heb me met Darksiders Genesis meer vermaakt dan met (het volgens Amador leuke, maar rommelige en outdated aanvoelende) Darksiders III, en dat terwijl Airship Syndicate met Genesis het hele verhaal juist van een totaal ander perspectief bekijkt, zowel letterlijk als figuurlijk. Ten eerste is Darksiders Genesis – in tegenstelling tot de andere drie iteraties – een prequel, waarin we uitgelegd krijgen wat er aan het onfortuinlijke akkefietje van War met de Charred Council vooraf ging. Daarnaast – en daar leken de meeste fans over te vallen – wordt Genesis gespeeld in een isometrisch perspectief, waardoor de link met games als Blizzard’s Diablo al snel werd gelegd. Achteraf blijkt dat grotendeels onterecht, want Airship Syndicate’s Joe Madureira – de man die aan de wieg van de eerste twee Darksiders-games heeft gestaan – heeft er goed voor gezorgd dat diens versie van een Darksiders-game niet hopeloos ontzield werd.

De derde afwijkende factor huist hem in de optie tot co-op, gezien Darksiders Genesis met twee van de vier Ruiters van de Apocalyps moet worden doorlopen. Allereerst is daar oudgediende War, welke wederom hevig zwaaiend met zijn Chaos Eater de tank uithangt. De nieuwkomer in Genesis is Strife, de enige Ruiter die nog geen speelminuten heeft gekregen in het Darksiders-universum, wiens karakteristiek een perfecte balans in de verhaalvertelling en de gameplay verzorgt. De nonchalante en grofgebekt Strife zorgt namelijk voor de nodige humoristische – bijna Deadpool-achtige – dialogen, terwijl hij met zijn ranged attacks de leegte vult die War met zijn CQB ‘hak en zaag’-stijl juist achterlaat.

“For the Balance!”

Gelukkig heeft Airship Syndicate ervoor gezorgd dat deze co-op georiënteerde gameplay een solo playthrough niet in de weg staat. Wie verkiest om Genesis in zijn eentje te spelen, zal op geen enkel moment het gevoel krijgen dat de game lastiger of minder tof om te spelen wordt. Het wisselen tussen War en Strife verloopt vlekkeloos, waardoor je je kop niet hoeft te breken over het efficiënt utiliseren van ieders speciale kwaliteiten wanneer de gameplay daarom vraagt. Gezien zowel War als Strife ook in solo modus hun eigen gezondheidsbalk en Wrath-meter hebben, valt er behoorlijk wat te wisselen tijdens intense gevechten, zonder dat je bij de minste geringste tegenvaller van voor af aan mag starten.

Afgezien van deze afwijkende factoren is Darksiders Genesis gewoon een Darksiders in hart en nieren, waarbij zaken als het afslachten van demonisch tuig, zieltjes scoren voor Vulgrim, objecten verzamelen, een beetje puzzelen, hier en daar wat platformen en dealtjes sluiten met Samael gewoon weer aan de orde van de dag zijn. Dit alles wordt wellicht niet meer voltrokken in een grootse open wereld zoals we gewend zijn, maar ondanks het Diablo-eske dungeon crawlen maakt de hele sfeer en gameplay het toch meer een Darksiders dan een Diablo, iets waar veel van ons toch voor vreesden. De moveset van War is merendeels overgenomen van het originele Darksiders, waarbij het rijden op Ruin, een beetje grapplen, met Vorpal Blades smijten, lekker fladderen door middel van Shadowflight en het transformeren naar Chaos Form uiteraard niet mogen ontbreken. Nieuwkomer Strife heeft evenveel aandacht gekregen en bezit naast de equivalenten van bovenstaande vaardigheden ook de optie om met zijn pistolen secundaire ammo af te vuren, welke flink wat schade op lange afstand berokkenen, alsook een Overdrive voor zijn ongelimiteerde standaard ammo, welke zijn DPS-gehalte ook tijdelijk flink opschroeft.

“Old Vulgrim’s got something new for you!”

Dit alles komt daarentegen niet zonder de optie tot upgraden, wat in Genesis gefaciliteerd wordt door middel van Creature Cores. Tijdens verhitte gevechten droppen vijanden deze te pas en te onpas, wat jou de mogelijkheid geeft om ze op te verzamelen (of te kopen bij die hosselaar van een Vulgrim) en ze uit te rusten in je Upgrade Tree. Hoe efficiënt deze zijn ligt ook nog eens aan de categorie ervan, waarvan er drie zijn: Wrath, Health en Attack. Wijs je een Core toe aan een slot met een matchende categorie, dan verdien je er ook nog eens een lekkere bonus mee. Hoe beter je matcht, hoe hoger je stats uiteindelijk worden en hoe meer kan je maakt in de soms uiterst chaotische maar o zo heerlijke bossfights van bijbelse proporties en de (veelal optionele) twintig Arena-levels, waarin je steeds lastigere enemy waves van je af moet zien te hakken en schieten.

Doe je dat een beetje goed, dan valt Darksiders Genesis in zo’n vijftien uurtjes te doorlopen, al biedt de game je meer dan voldoende opties om deze speeltijd flink op te rekken met het verzamelen van alle collectibles, wat vaak vereist dat je eerder bezochte dungeons nogmaals bezoekt. Veel van deze collectibles – veelal bestaande uit Boatsman Coins waar Vulgrim op zit te azen en Trickster Keys waarmee je extra schatkamers kan openen – zitten meestal verstopt achter een barrière die louter doorbroken kan worden met een specifieke vaardigheid. Gezien je deze vaardigheden meestal later vrijspeelt, zorgt Genesis er dus voor dat verstokte completionists flink wat mogen backtracken. Uiteraard moet je niks, maar stiekem wil je die ene deur achter Vulgrim’s toko toch wel open zien te krijgen en laat je daar nou eerst alle Trickster Doors voor moeten openen…

“How will you escape this prison of rock?”

Over het algemeen genomen zullen dit voor Darksiders-fans vijftien prettige uurtjes vormen, wat te danken is aan de herkenbare gameplay welke ook nog eens heerlijk vloeiend op je scherm geprojecteerd worden. Zelfs wanneer het allemaal wat drukker op je scherm wordt – en geloof me, dat wordt het soms – lijkt de Unreal 4 Engine al het particle en lighting-geweld met gemak te kunnen verwerken, al komt dit niet als een verrassing*. De enige smet op het blazoen is het soms knullige camerawerk, waarbij Airship Syndicate zeer attent heeft besloten om een silhouet van jouw personage weer te geven wanneer het zicht wordt belemmerd door de spelwereld, maar dat niet te doen met de aanwezige vijanden. Wanneer de camera dus net achter een kneiter van een rots hangt, bestaat de kans dat je het gros van de vijanden niet ziet, waardoor je maar op de blinde gok moet aanvallen.

Daarnaast levert de game je ook totaal aan je lot over wanneer je er even totaal geen notie meer van hebt waar je exact heen moet om je missie te klaren, gezien zoiets als een objective marker totaal absent is in Darksiders Genesis. Nu zijn de individuele levels an sich niet zo heel uitgestrekt, maar wanneer je echt totaal je richtingsgevoel kwijt bent geraakt, kan het zijn dat je jezelf een ongeluk zoekt. Dit wordt soms ook in de hand wordt gewerkt door de map, waarop je wel kunt zien waar alle interessante objecten zich begeven, maar niet waar je zelf staat, iets wat ik persoonlijk bijzonder onhandig vond.

Conclusie

Maar goed als dat alles is mogen we met Darksiders Genesis behoorlijk in onze handjes wrijven wanneer je het mij vraagt. Ja, het is even wennen dat je het hele avontuur in een top-down perspectief moet spelen, maar wanneer je het een paar minuutjes geeft, voelt Darksiders Genesis gewoon als een ouderwetse Darksiders aan. Vergeet het idee dat je hier te maken hebt met een Diablo rip-off en laat je zo’n vijftien uurtjes aan hack & slash-geweld voorschotelen waarin zowel de actie als de sarcastische dialogen tussen War, Strife, Samael en Vulgrim je er toch echt aan herinneren aan welke franchise je ooit je hart hebt verpand. Ik heb me er – ondanks het soms irritante camerastandpunt en mijn veelvuldig gebrek aan coördinatievermogen – uitermate mee weten te vermaken, en dat terwijl ik aanvankelijk geen enkele interesse kon opwekken voor deze game. Darksiders Genesis is misschien wel de Darksiders-game waarvan je niet wist dat je ‘m wilde spelen.

*Voor deze review is de pc-versie gespeeld

Gamersnet Score

Wat is HOT

  • Ondanks isometrie een oldschool Darksiders-vibe
  • Heerlijk sarcasme van Strife
  • Goede balans tussen War en Strife's speelstijl
  • Solo ook goed te spelen
  • Genoeg te verzamelen voor completionists

Wat is NOT

  • Omgeving (lees camera) belemmert soms het zicht
  • Map is onoverzichtelijk
  • Geen visuele hints

8.5

  1.   
    Heart1982's avatar

    Ik dacht dit wordt (misschien) een budgetbak game voor mij, maar na het lezen van deze review ga ik hem toch wat nauwgezetter in de gaten houden. Bedankt!

  2.   
    Patrick Meurs's avatar

    @Heart1982: no problem 😉 Voordeel is al wel dat Darksiders Genesis nieuws voor 4 tientjes op de kop te tikken is, dus dat scheelt al.

    Zoals ik al beschreef, het is eventjes een kwestie van je mindset omzetten, maar daarna is ook Genesis gewoon dikke pret, tenzij je echt spontaan jeuk en huilbuien krijgt van het hele dungeon crawler-genre

  3.   
    JohnMor's avatar

    Dit verwonderd mij niet want airship syndicate had met battle chasers al een dijk van een game afgeleverd.

  4.   
    darroox's avatar

    Een soort kruising van Diable en Darksiders met veel bugs had ik uit andere reviews begrepen.

  5.   
    Anoniem-868501733's avatar

    spel krijgt een 5 op meeste site