Moesten gamers het vroeger doen met afgedankte kantoorpaneeltjes en oude beeldbuisbakbeesten, mogen we sinds een aantal jaar meer en meer los op onze ‘eigen’ displays. Monitoren die bedoeld zijn voor de spellenspeler.
Ook de Taiwanese elektronicafabrikant begeeft zich sinds kort op deze markt, maar doet dat geheel met eigen insteek. Wél de prestaties en de doelgerichte focus, maar zelden met uitbundige prijzen. Het AGON AG241QX-beeldscherm is daarin specifiek opgezet als een gulden middenweg. Iets meer resolutie en beeldverversing, zonder daarin all out te gaan. Maar lukt dat wel onder het vaandel van de prijsvechter? We keken onze ogen ervoor uit…
De gulden middenweg tussen prestatie en prijs?
In plaats van overstag te gaan met 240 Hertz, zoals bijvoorbeeld de AOC AGON AG251FZ dat deed, schetst de AG241QX in zekere zin een realistischer beeld. Letterlijk. Tegen de richtprijs van circa 379 euro scoor je voor jezelf een 23,8 inch grote LCD-monitor, die gamers lekker mag maken met een QHD-resolutie en 144 beelden per seconde. Niet te groot, niet te uitbundig, maar toch met de specificaties die velen als een regelrechte upgrade zullen ervaren. Iets waar je nota bene als veeleisende competitieve gamer zeker mee uit de voeten kan.
Voor de prijs doet AOC hier dan ook absoluut niet onder aan de concurrentie. Op vele fronten wordt hard gevochten voor het hart van de gamer, zij het dan wel een soort budgettaire charme. Door te kiezen voor een achterliggend TN-paneel is de ruggengraat van de AG241QX wellicht wat ‘verouderd’, maar daardoor kan er juist meer uit de bewezen techniek gepompt worden.
Met een snelle responstijd van slechts een enkele milliseconde en eventuele ondersteuning voor AMD’s FreeSync-technologie, heb je immers weinig te klagen als aspirant race-, shooter of vechtprofessional. Niet iedere gamer zal er evenveel baat bij hebben, maar deze monitor is zonder meer eSports ready.

- Schermgrootte: 23,8 inch / 60,5 centimeter
- Resolutie: 2560×1440 pixels (QHD)
- Beeldverhouding: 16:9 ratio
- Verversingssnelheid: 144 Hertz (eventueel met AMD FreeSync)
- Beeldtechniek: LCD TN-paneel
- Responstijd: 1 ms (in Overdrive)
- Verlichting: edge-lit
- Helderheid: 350 cd/m²
- Contrastratio: 1000:1
- Dynamisch contrast: 50M:1
- Kleurgebruik: 8-bit (16.7 miljoen)
- Kijkhoek: 170/160º
- Luidsprekers: tweemaal 3 Watt speakers
- Energieverbruik: 70 Watt
- Verstelbaar: -20/20 graden, -3,5/21,5 graden, 130 millimeter, 1/90º (kanteling, helling, hoogte, draaiing)
- Interfaces: 2 x HDMI (2.0), D-Sub, DVI, DisplayPort, 4 x USB, audio- en microfoonjack
- Inbegrepen: muurbevestigingsbenodigdheden, optioneel bedieningspaneel, kabels
- Gewicht: 5,53 kilogram
Razendsnel én kristalhelder
Specificaties en beloftes daargelaten, levert de AG241QX de gamer een bijzonder plezierige kijkervaring op. Door de schermgrootte beperkt te houden en tegelijkertijd de hoeveelheid pixels op te hogen, weet AOC hier een bijzonder pixeldicht oppervlak aan te bieden. Een waar je op kunt vertrouwen in razendsnelle, competitieve games, maar opvallend genoeg ook eentje die een bijzonder rijk kleurenspectrum kent, vooral in vergelijking met veel oudere TN-panelen op de markt. Daarmee behaalt het absoluut geen HDR-standaarden, maar 8-bits kleurdiepte is ook zeker niet mis.
Het zal even tweaken en afstellen zijn voor velen, die beeldvertoning optimaliseren. Maar toch, wie de moeite ervoor doet, kan rekenen op een aardig waarheidsgetrouw plaatje. In mijn optiek bleek een licht aangepaste versie van de aangeleverde sRGB-preset al snel de ultieme instelling te zijn voor tal van verschillende games en applicaties. Kristalheldere kiezeltjes in PlayerUnknown’s Battlegrounds‘ ondergronden, gifgroene grasvelden in Descenders en nota bene betrouwbare tinten in beeldbewerkingsprogramma’s als Adobe Photoshop en Premiere. AOC voorziet hier zowel de gamer van prestatie, maar ook de zogenaamde power user van gemak en kwaliteit.
Natuurlijk; de kenners zullen het aftakelen van het TN-era niet kunnen ontkennen. AOC kan er in dit geval ook wel tegen verweren, maar inmiddels voelt de technologie op sommige fronten toch achterhaald. Zo zijn de kleuren weliswaar fel en levendig, maar kunnen de zwart- en gammawaardes uiteindelijk wat tegenvallen. Hoge dynamische contrastratio of niet, de donkere vlakken zullen nooit zo gitzwart ogen als dat op een IPS- of, nog lekkerder, VA-paneel. Voor de gemiddelde gebruiker slechts een minieme afknapper, maar uiteraard een gedachte om mee te nemen voor de gamer die écht mee wil met de tijd en de toekomst.
En toch, met de juiste kunde en een paar minuten priegelen, vertoont de AG241QX nog altijd bijzonder helder beeld. Een ouder TN-paneel, jazeker. Maar wel eentje die zich in aardig rijke scenario’s laat kneden voor de beste beeldweergave.

Control-panel-alt-delete
Voor dat pietje precies afstellen en opslaan van beeldprofielen wordt dan ook een opvallend bedieningspaneel meegeleverd. Acht knoppen stellen je in staat om sneller te wisselen tussen gebruikersprofielen, alsmede ze iets makkelijker in te stellen. Een welkome toevoeging, vooral voor gebruikers die vaak willen wisselen en priegelen in het beeld, afhankelijk van spellen of applicaties.
Hoewel dit soort control panels meer gebruiksgemak bieden dan de steevast onhandige toetsen onder de monitor zelf, laat het wel een iets minder charmant aspect van de productlijn doorschemeren. Een waar we op de redactie al eerder uitspraak over deden, welteverstaan.
Je hebt je vaders oog (voor detail)
Qua techniek, extra’s en voornamelijk ook diens uiterlijk komt de AG241QX dan ook grofweg over als een iets jonger broertje van de eerdergenoemde AG251FZ. Een tik kleiner en met het oog op — in dat geval ietwat overdreven — beeldverversing weliswaar een flinke stap terug, maar de genen zijn overduidelijk afkomstig uit dezelfde stamboom. Een stevig metalen standaard, haast te veel aansluitmogelijkheden om op te noemen en de kenmerkende zwart-rode accenten; ook dat alles keert weer terug. Wat dat betreft laat AOC hier duidelijk doorschemeren wat de dominante factoren in de AGON-familie zijn.
Dat overheersende gen in de stamboom waar mogelijk niet iedereen lovend over zal zijn, ligt hem dan ook in de afwerking van het geheel. Net als zijn grotere broertje is de AG241QX immers niet bepaald een kei op het gebied van luxe gebruikservaring. Het eerdergenoemde losse bedieningspaneel is daar dus een pijler in, maar ook rondom het scherm voelt niet alles even premium aan. Toetsen ‘klikken’ ietwat goedkoop en ook de vele uiteenlopende connectoren lijken niet bepaald netjes in de behuizing gefreesd. Alsof ze op de achter- en zijkant gekwakt zijn. Functioneel, maar nergens echt technische klasse van de bovenste plank.

Noem het azijn pissen of noem het zeuren om niks, maar naar mijn idee zijn het juist de gamers die warme gevoelens krijgen van net afgewerkte technologie. Deze gamer in ieder geval wel. Nu mag gezegd worden dat AOC zich weliswaar als een prijsvechter in de markt zet en je dus ook geen ultieme luxe kán verwachten, maar her en der was iets meer oog voor detail welkom geweest.
Door de te lichte bouw, priegelige kabel en het onwennige gevoel van het bedieningspaneel kwam deze in mijn geval immers zodoende toch weer snel in de kast te liggen. Jammerlijk, natuurlijk. Daarin zie je partijen als bijvoorbeeld een BenQ en EIZO dan weer mooiere (dan wel digitale) charme afleveren, en dat mag ook genoemd worden.
Conclusie
In veel opzichten voelt de AOC AGON AG241QX als een soort afscheidsalbum van een technologisch era. Het fysieke uitzwaaien van de technologie achter TN-panelen, waarbij nog één laatste keer letterlijk alles uit de succesformule wordt geperst. In deze sector biedt AOC hier juist een van de beste kleurvertoningen die ik ooit op een dergelijke monitor heb gezien, met nota bene razendsnelle beeldverversing en responstijden. Zelfs veeleisende eSporters kunnen met een monitor als deze goed uit de voeten, zonder daarvoor al te veel (sponsor)geld in te hoeven leveren. Voor ongeveer 379 euro haal je hiermee een bijzonder lekker beeldschermpje in huis.
Tegelijkertijd zet de AG241QX een streep onder de minder glorieuze oordelen die we al ervoeren met de oudere broer, de AOC AGON AG251FZ. Wat betreft afwerking, vooruitdenken en het creëren van een eigen, kenmerkende stijl laat de AGON-familie nog wat te wensen over. In dit prijssegment zeker niet onoverkomelijk, maar tegelijkertijd wél iets wat makkelijk meegenomen mag worden in je zoektocht naar een volgende beeldscherm. Als het luxe en een prestigieus overkomen is wat je zoekt, dan zit je hier niet aan het juiste adres. Deze reeks AGON-producten is bedoeld voor de gebruiker die meer wil, voor minder. En wat dat betreft, staat de AOC AGON AG241QX zeker zijn mannetje.
veel te klein en geen gsync..
AOC heeft voornamelijk FreeSync-schermen, al zijn ze vorig jaar wel begonnen aan een transitie naar meer G-Sync.
Maar ja, echt enorm groot is deze monitor inderdaad niet. Resulteert tegelijkertijd wel weer in een bijzonder fijne pixeldichtheid.