Homefront: The Revolution

De totstandkoming van Homefront: The Revolution was een gevecht op zich. Kort nadat Homefront verscheen, sloot THQ de deuren van ontwikkelaar Kaos Studios en niet veel later ging THQ zelf op de fles. Crytek kondigde aan dat Crytec UK samen met uitgever Deep Silver zou werken aan het vervolg op Homefront, maar ook die samenwerking stopte vanwege financiële problemen. Crytec UK werd in 2014 door Crytek gesloten en de rechten van Homefront: The Revolution werden gekocht door Koch Media, het moederbedrijf van Deep Silver. De uitvoerende werkzaamheden kwamen in handen van Deep Silver Dambuster Studios en na de niet veelbelovende voorgeschiedenis is de game een feit. Tijd om een oordeel te vellen.

Waar in Homefront de invasie van Amerika het centrale focuspunt was, is het nu de bezetting op zich. Het is vier jaar later en met hun superieure APEX-technologie hebben de Noord-Koreanen het continent stevig in een houdgreep en de ooit levendige stad Philadelphia is een smeulende puinhoop waarin de onderdrukking regeert. Het is 2029 en een kleine groep verzetsstrijders zet zich in om een vuist te maken tegen de bezetter. Het vuur laait hoog op als hun leider Ben “the Voice of Freedom” Walker door de Korean People’s Army (KPA) wordt opgepakt. Gelukkig ben jij er, Ethan Brady, een stemloze rekruut van de Philadelphia Resistance. De KPA is superieur op alle fronten en het verzet komt neer op een guerrillaoorlog met snelle hit and run aanvallen, waarbij je modificeerbare wapens, zelfgemaakte bommen en zelfs radiografisch bestuurbare wagentjes gebruikt.

Rood, geel en groen

Homefront: The Revolution is opgedeeld in drie zone’s: de Red Zone, de Yellow Zone en de Green Zone. De Red Zone is een open gebied en het deel van Philadelphia dat het meest in verval is geraakt. Het is een niemandsland waarin het verzet een voet aan de grond heeft gekregen en deze zone laat zich het best omschrijven als Far Cry meets Assassin’s Creed. Niet verwonderlijk als je de voorgeschiedenis van de game in ogenschouw neemt en op papier zelfs een aantrekkelijk uitgangspunt. Het veroveren van de gebieden in de zone staat praktisch gelijk aan de missies die je in bijvoorbeeld Assassin’s Creed: Syndicate volbrengt en er zijn zelfs Vantage Points te vinden die fungeren als de bekende viewpoints in Assassin’s Creed. De KPA heeft verschillende belangrijke punten in handen en het is van belang om deze terug te winnen. Met het uitschakelen van de aangewezen doelen wordt de invloedssfeer van het verzet steeds groter en uiteindelijk leiden de missies je naar de Yellow Zone.

De Yellow Zone is een dichtbevolkt gebied waarin de KPA met ijzeren hand regeert. Burgers worden op straat zomaar aangehouden en huizen worden te pas en te onpas ontruimd. In de gele zone moet je de originele bewoners voor je zien te winnen en dat doe je door hearts and minds-doelen te volbrengen. Met iedere volbrachte missie versterkt het anti KPA-gevoel van de bevolking, tot men zich uiteindelijk massaal tegen de agressor zal verzetten. Dat verzetten komt in de praktijk eigenlijk alleen neer op geschreeuw en kansloos tegen busjes en straatmeubilair rammen, maar het is noodzakelijk om een volgende missie vrij te spelen. In de gele zone verberg je jezelf tussen de mensen of verstop je jezelf bij gevaar in een afvalbak. Het viel op dat de missies in deze zone’s resetten en kort nadat je een burger hebt bevrijd, staat er op dezelfde plek weer een nieuwe in dezelfde nood. Uiteindelijk zul je 100 procent van de bevolking voor je moeten winnen en na het veroveren van de rode en de gele zone’s gaat de strijd verder in de Green Zone, een zone waarin je probeert de meest waardevolle vestigingen van de KPA te overwinnen.

Dodelijk en dom

Hoewel het uitgangspunt van Homefront: The Revolution best aantrekkelijk is, beklijft het hardnekkige gevoel dat de ontwikkelaar een checklist in de studio had liggen met zaken die absoluut in de game moesten terugkomen. Er zijn heel veel gameplay-elementen te vinden die zo uit de Ubisoft-catalogus lijken te komen en dat zorgt over geheel genomen voor het gevoel van een samengeraapt product dat een eigen identiteit mist. Een combinatie van goede factoren maakt niet meteen een goede game en dat blijkt ook uit de de kunstmatige intelligentie van de KPA-strijders. Ze zijn weliswaar verschrikkelijk dodelijk, maar op zichzelf getuigen ze van weinig denkvermogen. Het kwam bijvoorbeeld voor dat ik een soldaat een mes tussen zijn ogen stak, terwijl zijn collega direct naast hem stond. Hij ging niet over tot actie, maar bleef rustig wachten tot ik ook hem op mijn scherpe staal trakteerde. Er zijn verder tal van voorbeelden te noemen van momenten waarop de KPA-strijders aantonen dat er nog voldoende klandizie is voor Hans Anders en het in een container duiken om aan hen te ontsnappen, voelde na een paar keer wel heel simpel.

De game kent daarnaast een flinke serie technische onvolmaaktheden. Zo was er een situatie waarin ik een burger redde van twee KPA-soldaten, maar toen zij gestrekt lagen, bleef de NPC in een animatie hangen alsof hij nog steeds onder schot werd gehouden. Verder is er veel sprake van handen door deuren, hoofden door muren en NPC’s die in hoeken vast zijn blijven zitten. Ook grafisch is Homefront: The Revolution geen revolutie, al moet gezegd worden dat de sfeer best goed is neergezet. In het verwoeste landschap scannen drones en luchtschepen voortdurend de omgeving af en alles oogt zo desolaat als je mag verwachten. In de gele zone zitten bedelaars met hun hand omhoog en mensen in gerafelde kleding proberen zich warm te houden bij vuurtjes in olievaten. De animaties doen echter afbreuk aan de sfeer, want de personage’s zijn alles behalve natuurgetrouw weergegeven. Ze lopen houterig en de lip sync is alles behalve goed te noemen. Wel moet gezegd moet worden dat de game bij het testen niet is vastgelopen en hoewel er sprake is van veel laadtijden en kleine haperingen, is het eindresultaat zeker niet onspeelbaar.

Geluidstechnisch is er ook voldoende op te merken en één van de meest opvallende zaken is het omgevingsgeluid. Als je in de Yellow Zone bent, is er voortdurend het geluid van een mensenmassa te horen. Het maakt niet uit of je binnen of buiten bent en ook niet of er daadwerkelijk veel mensen in de buurt zijn. Daarbij is het volume van die stemmen te hoog. De stemacteurs blinken verder niet uit in hun acteerprestatie en hetgeen ze zeggen bestaat te vaak uit clichés. Dat zijn nu net zaken waarmee een extra dimensie in een game kan worden aangebracht.

De gameplay verrast niet. Zoals het een shooter betaamt is er voldoende wapentuig te vinden en de wapens zijn bovendien aan te passen naar wens. Het is slechts mogelijk om drie verschillende mee te dragen, maar omdat je ze op het strijdveld te plekke aan kunt passen, is dat aantal voldoende. Daarnaast beschik je over eerder genoemde projectielen, die je zelf kunt vervaardigen, en een mobiele telefoon. Op de telefoon komen berichten binnen, kun je de map verkennen en vijanden taggen. Ook fungeert de telefoon als hacking tool waarmee je terminals kunt hacken. Dat laatste is erg simpel en mist elke vorm van uitdaging. Gedurende de missies kun je waardevolle items verzamelen die je kunt verkopen en met andere kun je bommen maken. Met de verzamelobjecten is een milde vorm van craften ingevoerd, waarbij de diepgang wel ontbreekt. De prijs van sterven – en dat zal vaak gebeuren – is dat je je waardevolle spullen weer verliest. Wederom, alsof het het lijstje van de ontwikkelaar betreft, zijn het de collectibles die een gevoel der herkenning oproepen. In de spelwereld zijn namelijk diverse items te vinden, zoals radio’s en verborgen verzetsvoorraden, die je dient te ontdekken door de omgeving te verkennen.

Schieten is nooit mijn beste vaardigheid geweest en gedurende de review-uren had ik opvallend veel moeite met raak schieten. Ook met de aim-assist aan legde ik vaak het loodje en dat leverde het contrast op dat de A.I. om te janken kan zijn, maar dat de game daarnaast behoorlijk pittig is. De weinig gevarieerde Koreanen komen bij onraad massaal op je af en zijn ook tegen flink wat kogels bestand. De voertuigen zijn daarentegen juist weer simpel om uit te schakelen. Zo knal je een Seeker Drone met een paar schoten uit de lucht en de Wolverine, een onbemand voertuig, kun je met één enkel schot op een opzichtig geplaatst brandstoftank laten exploderen. Desondanks blijft de strijd pittig en het is gelukkig mogelijk om Rooks, of ehm…verzetsstrijders, te rekruteren die je ondersteunen in het gevecht. Mocht het feest der herkenning nog niet compleet zijn, weet dan dat er ook motoren te vinden zijn, waarmee je snel grote afstanden kunt overbruggen. De besturing van deze tweewielers is vrij soepel en mocht je het je afvragen, ja…je kunt ook sprongen maken.

Conclusie

Homefront: The Revolution is een game geworden die je als een soort guilty pleasure eigenlijk toch leuk wilt vinden. Het speelterrein van het Amerikaanse land tegen de Koreaanse agressor is politiek gezien erg fout, maar als game een lekker excuus om te knallen. De geloofwaardigheid van het geheel wordt echter beschadigd door de kleine en grote fouten en het gevoel dat we veel gameplay-elementen al hebben gezien in Assassin’s Creed en Far Cry. Ook het feit dat safehouses en belangrijke routes opzichtig met blauwe verf zijn aangeduid, doet afbreuk aan de ervaring. De Koreanen staan vaak letterlijk naast gebouwen met symbolen van het verzet uit hun spreekwoordelijke neus te eten. Maar goed, het is een game en in ieder geval maakt de open wereld van The Revolution een meer flexibele ervaring dan zijn voorganger. Door de ambitieuze aanpak komen de fouten echter extra aan het licht. De campaign kan zo’n dertig uur duren en daarnaast is er nog de optie om online de Resistance-modus te spelen. Het betreft een coöperatieve modus waarin je met drie andere spelers een aantal van de grotere missies uit het hoofdverhaal aanpakt. Dit is de enige online-modus, want er is geen PvP-multiplayer ingebouwd. Mocht je de lijst kritiekpunten kunnen weerstaan, alleen dan is Homefront: The Revolution het overwegen waard.

Gamersnet Score

Wat is HOT

  • Geslaagde sfeer
  • Open wereld
  • Niet in een dag uitgespeeld
  • Variatie in de missies

Wat is NOT

  • Klandizie voor Hans Anders
  • Grafische missers
  • Laadtijden en stotteringen
  • Teveel leentjebuur
  • Acteren is een vak

5.5

  1.   
    Downzilla's avatar

    Had iemand iets anders verwacht na die productie hel?

  2.   
    Sopkip's avatar

    Jammer, had de stille hoop dat t toch nog een klein beetje mee zou vallen! T verhaal en de hele setting spreken mij ontzettend tot de verbeelding, ga m op basis van wat ik lees toch maar niet aanschaffen.

  3.   
    Tom's avatar

    Dit lag wel een beetje in het verwachtingspatroon. Slecht productieproces, inspiratieloos concept en dan ook nog eens die vreselijke multiplayer/co-op die de closed beta vertoonde. Dit zat er een beetje aan te komen.

  4.   
    ScorpionNL's avatar

    De beta hield ik na 10min. al voor gezien. Het viel zo zwaar tegen dat ik deze game links ga laten liggen.

  5.   
    gamerfriend01's avatar

    ScorpionNL schreef, "De beta hield ik na 10min. al voor gezien. Het viel zo zwaar tegen dat ik deze game links ga laten liggen."

    Bij mij ook, maar ik twijfel toch om hem te kopen, de ontwikkelaars hebben zo hun best gedaan, misschien hun toch een beetje steunen door een kopietje te kopen

  6.   
    D_Dog's avatar

    Die beta was weergaloos, baanbrekend en fantastisch. Uren speelplezier…

    maar even serieus, toen was het al duidelijk dat het binnen die korte tijd niet meer rechtgezet kon worden.
    Hier dus de bevestiging. Jammer. 🙁

  7.   
    Kaiszer's avatar

    ik had geen topper verwacht, maar ook niet een 5.5…

  8.   
    mmx's avatar

    Ach deze ligt over een paar weken bij de media markt voor een prikkie 🙂

  9.   
    FireBallz's avatar

    Die closed beta vond ik net zoals iedereen hier een ramp. Na de game ongeveer 8 uur te kunnen hebben gespeeld vind ik het zeker geen topper en niet de 60 euro waard, maar ik zou het wel minimaal een 6.2 geven. De Multiplayer valt mij ook nog wel tegen maar mensen zeiden dat als je op hogere levels kwam dat het dan alsnog wel het aankijken waard is. Tot nu toe ook teleurgesteld.