Gamersnet.nl

Call of Duty: Black Ops 3

Ik woon in Assendelft, een relatief dichtbevolkt dorpje onder de rook van Amsterdam. In Assendelft gebeurt doorgaans niet zoveel. Wel was er laatst een vrijmarkt (met draaimolen!) bij het winkelcentrum. Daar kwam flink wat volk op af (de aankondiging had immers in de lokale krant gestaan) en het duurde niet lang voordat de Cola Light rijkelijk vloeide.

Inderdaad: op een gemiddelde dag gebeurt er niet zoveel in Assendelft. Eens in het jaar is er echter kermis, wat voor de gemiddelde Assendelver toch wel een hoogtepunt is. Daar komt het hele dorp dan op af, bijvoorbeeld om blikken te gooien of een gokje te wagen in de schiettent. Die schiettent is leuk, maar toch – net als alles in Assendelft – elk jaar weer hetzelfde. Call of Duty: Black Ops 3 is het videogame-equivalent van die Assendelftse schiettent.

Jason Statham

Dat er dit jaar weinig nieuws onder de zon is, merk je al tijdens de eerste singleplayer-missie. De mogelijkheid om de campaign dit keer in co-op te doorploegen is leuk, maar of je nu in je eentje in de schiettent staat of dat je drie halfdronken vrienden ook zo gek zijn geweest vijf euro neer te tellen voor een sleutelhanger: het maakt weinig uit. De schiettent blijft immers hetzelfde.

Dat geldt ook voor Black Ops 3. De singleplayer is namelijk zoals we van Call of Duty gewend zijn: er zijn explosies en je mag schieten op alles wat beweegt. In feite doe je dat zo’n vijf uur lang en dan bereik je de credits. Op het hoesje staat ook dat de campaign-modus een verhaal bevat, maar ik denk dat dat een grapje is. De dialogen zijn namelijk pijnlijk slecht geschreven en ook de personages komen zeer matig uit de verf. Het is een beetje als een Jason Statham-film: de actie is gruwelijk en leuk genoeg om je even bezig te houden, maar een uur later ben je alles alweer vergeten.

Bang for your buck

De teleurstellende singleplayer maakt het des te beter dat de Zombies-modus, die bij veel spelers nog steeds de favoriet is, eindelijk de productiewaarden heeft gekregen die hij verdient. Treyarch heeft alles uit de kast gehaald en zelfs een heuse verhaallijn geïntroduceerd, met sterren als Jeff Goldblum (Jurassic Park) en Ron Perlman (Sons of Anarchy). Bovendien heeft de ontwikkelaar op gameplaygebied enkele toffe vernieuwingen doorgevoerd. Zo kun je op gezette tijden in de huid kruipen van The Beast, een mysterieus monster dat ondode hersenvreters verteert alsof het Fruittella’s zijn. Dergelijke toffe vernieuwingen zorgen ervoor dat Black Ops 3 misschien wel de sterkste Zombies-modus in de geschiedenis van de franchise biedt.

Sowieso biedt Black Ops 3 bizar veel waar voor je geld. Naast een singleplayer, multiplayer en Zombies-modus, bevat de game namelijk ook een Freerun-modus. Hoewel deze niet echt interessant is en vooral dient als opwarmertje terwijl de game geïnstalleerd wordt (de Freerun-modus is bij de installatie als eerste beschikbaar), is het prijzenswaardig dat Treyarch zoveel content in de game gestopt heeft. Toch zal negentig procent van de gamers al die extra modi haastig wegklikken, om snel tot het kloppende hart van de franchise te komen: de multiplayer.

“Vernieuwingen”

Helaas laat Treyarch juist op dit gebied de meeste steken vallen. De multiplayer van Black Ops 3 is nog steeds prima te pruimen, maar voelt na al die jaren té bekend aan. Dat komt vooral doordat de grootste “vernieuwingen” eigenlijk helemaal niet zo nieuw zijn. Het jetpack bijvoorbeeld kennen we al uit Advanced Warfare en het Specialist-systeem is leuk, maar eigenlijk zijn dit niet meer dan veredelde presets voor het Create A Class-systeem. Staat de serie niet al sinds het vierde deel bekend om de mogelijkheid je eigen soldaat samen te stellen?

Daarnaast bekroop mij tijdens de multiplayer regelmatig een “net niet”-gevoel. Je merkt in alles dat Treyarch hard zijn best heeft gedaan om een goede COD-game neer te zetten, maar op veel vlakken schiet de ontwikkelaar net iets tekort. Neem bijvoorbeeld het bewegingssysteem. Het jetpack op je rug zorgt voor een aangename bewegingsvrijheid en de wallrunning gameplay is een welkome toevoeging, maar de toepassing ervan is frustrerend inconsistent. Het is me meer dan eens overkomen dat ik vanwege onzichtbare muren bepaalde punten niet kon bereiken en ook heeft Treyarch voor ogenschijnlijk willekeurige muren bepaald dat je er niet op kunt lopen. Dit zorgt ervoor dat je nooit een echt gevoel van bewegingsvrijheid hebt, terwijl de gameplay daar in de basis wel op gebouwd is.

De eSports-toevoegingen vormen uiteindelijk de grootste vernieuwing in Black Ops 3. Treyarch heeft de afgelopen maanden uitgebreid getoond hoe het de Call of Duty-serie heeft klaargestoomd voor professionele gamers en toegegeven: de resultaten zijn indrukwekkend. Helaas heeft 99 procent van de gamers hier geen boodschap aan. Mensen als jij en ik spelen Call of Duty puur om het plezier en zullen alle nieuwe customisatie- en balansopties waarschijnlijk niet eens opmerken. Net als bij de freerun- en campaign-modus geldt hier weer dat Treyarch zich volledig heeft ingezet voor een klein groepje spelers en hoewel dat prijzenswaardig is, is het zonde dat dit ten koste is gegaan van de rest van de multiplayer.

Conclusie

Call of Duty: Black Ops 3 is een prima game. De singleplayer is – ondanks het oninteressante verhaal – bij vlagen best vermakelijk, de Zombies-modus is zelfs sterker dan ooit en ook met de multiplayer is niets mis. Het probleem is dat de vorige delen net zo prima waren en daarmee graaft de serie in feite zijn eigen graf. Spelers van eerdere delen weten precies wat ze kunnen verwachten en vooral in de multiplayer zijn Treyarchs toevoegingen te miniem. Heb je al jaren geen Call of Duty-titel meer gespeeld, dan is dit een prachtig moment om in te springen. Er zijn namelijk weinig games die zoveel waar voor je geld bieden als Black Ops 3. Heb je echter – net als ik – Advanced Warfare vorig jaar zuchtend weggelegd, dan kun je Black Ops 3 veilig overslaan. Laten we dan samen wachten op een Call of Duty-game die eens teruggaat naar het verleden, want daar zijn we na al dat futuristische gewauwel wel weer eens aan toe.