Review: Black Future ’88

Wat zou jij doen wanneer je er honderd procent zeker van was dat je nog maar achttien minuten te leven had? Zou je totaal van God los gaan en voor één keer alles doen wat de wet verbiedt en waar de maatschappij je voor die laatste achttien minuten om zou verachten, of zou je deze kostbare minuten vroom met je geliefden doorbrengen? Mocht je het niet weten en nog een suggestie zoeken: beklim een toren en deel je lot met de eigenaar ervan, en leg de rest van diens inwoners ook gewoon om, als je dan toch al bezig bent. Het is overigens niet mijn suggestie, maar wel die van Super Scary Snakes, die je met de roguelike 2D shooter genaamd Black Future ‘88 exact achttien minuten de tijd geeft om jezelf naar de top te knallen voordat je hart explodeert. Dus…

Duncan’s grote BIEM

De premisse van Black Future ‘88 is namelijk zo eenvoudig als de opzet. Ene Duncan heeft een joekel van een toren opgericht en deze Skymelt genoemd. O ja, en hij heeft in 1988 met nucleaire bommen lopen gooien waardoor de zon permanent verduisterd is en men daarom maar is gestopt met het bijhouden van de datum. De kalender is dus voor het gemak maar blijven steken op het jaar 1988. Tot overmaat van ramp zorgt de straling ervoor dat niemand van de ouderdom zal sterven, maar wel door een exploderend hart. Toffe gast, die Duncan. Niet dus, en vijf koene strijders benutten de achttien minuten die ze nog op hun teller hebben staan om Duncan eens een bezoekje te brengen. Maar ja, Skymelt Tower hè… die is zodanig uitgerust dat je met een beetje pech die achttien minuten niet eens kan uitzingen.

De neon-gevulde Skymelt Tower bestaat namelijk uit een scala aan willekeurig gegenereerde ruimtes die stuk voor stuk uitpuilen van het gewapende tuig, een moordlustige A.I. en vijf stage bosses, dus die rit richting Duncan is er eentje die je niet met twee vingers in de neus aflegt. Nee, die vingers kun je beter aan je muis en toetsenbord of controller houden (die laatste raadt de ontwikkelaar aan trouwens). Black Future ‘88 mag theoretisch gezien in een minuutje of twintig uit te spelen zijn, maar het enige wat de studio uit Californië daarover wil zeggen is “good luck with that one, killer”. Met slechts één leven te spenderen en geen optie tot ‘wachten om het hoekje tot de health regen inkickt’ zal het me verbazen wanneer je Black Future ‘88 tussen de bedrijven door ‘wel effe uitspeelt’.

Even stoppen en weer dood gaan

Want net als met elke andere roguelike is het gewoon bikkelen geblazen. Falen is onvermijdelijk. Keer op keer het onderspit delven hoort er gewoon bij. Deal with it. Black Future ‘88 is hier geen uitzondering in. Elke speelsessie staat in het teken van leren, zwakheden spotten en deze de volgende sessie zien uit te buiten en proberen om het verder te schoppen dan de vorige poging. Gelukkig werpt Skymelt Tower je daarvoor het nodige arsenaal toe, want ja… je kunt veel zeggen over deze destructieve toren, maar gul is ‘ie wel. Gulzig ook, want alle loot die je laat liggen wordt in no-time weer door Skymelt geabsorbeerd, wat de toren alleen maar sterker maakt. Welja joh, maak het nog moeilijker.

Daarom is het fijn dat handmatig richten op vijandelijk gespuis niet nodig is. Je hyperfuturistische wapen – maakt niet uit welke van de vijftig je in je knuisten hebt – lockt automatisch op de dichtstbijzijnde dreiging. Nu hoor ik je al denken “ja maar wacht effe, is dat niet veel te makkelijk dan?”. Nee. Echt niet. Geloof me. Met de totale chaos die kan ontstaan zul je blij zijn dat Black Future ‘88 nog iets onderneemt om je te helpen en zelfs met deze autolock-functie zullen je vingers het druk genoeg hebben, vooral wanneer zowel je primaire als secundaire wapen net niet de punch leveren die je op dat moment zoekt. Want ja, de awesomeness van je schietijzer garandeert niet per direct zijn effectiviteit, want dat verschilt ook nog eens per type tegenstander.

Om je nog meer kans te geven tegen het terreur van Skymelt, gunt Black Future ‘88 je de gave om de kogelregen gracieus te ontwijken middels een Tracer-achtige dash, je weet wel, dat ‘here comes the cavalry’-mens uit Overwatch. Dit vernuft geeft je namelijk voor een kort moment onsterfelijkheid, gezien je hiermee zorgeloos door het spervuur kunt ‘teleporteren’. Wederom – en ik kan dit niet genoeg benadrukken – is dit geen oneerlijk voordeel richting de speler, want zonder deze gave is het pertinent onmogelijk om het langer dan vijf minuten vol te houden. Daarnaast is deze vaardigheid niet oneindig te gebruiken en zit er gewoon een laadtijd aan verbonden, dus het juiste moment hiervoor kiezen is wel zo verstandig.

Ctrl+Y [deze vibe]

Gezien dit alles zo’n beetje de hele bedoeling van de game is, lijdt Black Future ‘88 wel een beetje aan iets wat wij allen ‘een repetitief karakter’ noemen. Vooral wanneer je een beetje begint te vorderen – meestal na tig pogingen, dat wel – begint het wel op te vallen dat de willekeurig gegenereerde ruimtes een behoorlijk gebrek aan variatie kennen. Het zeer geringe aanbod aan stage bosses werkt ook niet echt mee en wanneer je eenmaal doorhebt welk wapen effectief is tegen deze knakkers, voelt een boss fight soms iets te simpel aan. Het duurt namelijk niet lang voordat je de routines een beetje in de smiezen krijgt. Dat gezegd hebbende, boss fights zijn zo goed als onmogelijk met het verkeerde wapen op zak, dus het kan even duren voordat je de perfecte load-out hebt uitgevogeld.

Anyhoe, repetitief of niet, Black Future ‘88 heeft me wel keer op keer weten te lokken. Of het aan de pixel art ligt, zou kunnen. Ik heb nu eenmaal een zwak voor die handel. Games als Enter the Gungeon en Hotline Miami hebben hetzelfde effect op me gehad. Of het door die cynische 8-bit commentator komt die je bijna uit lijkt te dagen, wie weet. Maar wat ik wel zeker weet is dat de dikke darksynth/synthwave soundtrack toch wel het nodige in me los wist te maken. Als liefhebber van Gost, Lazerpunk, Carpenter Brut, Perturbator en Mega Drive wist de tracklist van Black Future ‘88 mij absoluut te bekoren en dat trekt de ervaring in mijns inziens toch aardig recht. Wat dat betreft doet SUPERSCARYSNAKES iets wat andere indie developers af en toe lijken te vergeten, namelijk een passende ambiance creëren.

Conclusie

Black Future ‘88 mag dan ‘weer zo’n pixel art roguelike’ zijn, maar ontwikkelaar Super Scary Snakes weet er wel een sfeervolle electropunk vibe mee neer te zetten. Het concept van de gelimiteerde tijd is op zijn minst vernuftig te noemen en de druk die deze op de speler neerlegt is behoorlijk effectief. Helaas krijgt Black Future ‘88 naar verloop van tijd wel een eentonig karakter, vooral wanneer je door begint te krijgen welk wapen waar tot zijn recht komt, maar dat neemt niet weg dat deze roguelike alsnog de ‘bullet hell’-behoefte bij menig liefhebber ervan kan wegnemen. Net als met andere games in het genre komt ook Black Future ‘88 gewoon neer op doorgaan tot je het snapt, en dat gaat je gegarandeerd langer kosten dan achttien minuten. Geloof me.

Gamersnet Score

Wat is HOT

  • Heerlijke vibe
  • Monsterlijke soundtrack
  • 18-minuten-concept is vernuftig
  • Moeilijk doch niet onmogelijk

Wat is NOT

  • Kan tikkeltje repetitief worden
  • Weinig variatie in omgeving
  • Wapen bepaalt vaak slagingskans

8.0

Meer Black Future '88

Het is niet mogelijk om op dit bericht te reageren