The Surge wordt vaak in één adem genoemd met Dark Souls, de serie berucht moeilijke games die er na het derde deel (voorlopig) mee stopt. De game is ontwikkeld door Deck13, de ontwikkelaar die we kennen van Souls-kloon Lords of the Fallen. Ook The Surge belooft de nodige moeilijkheid, maar verruilt dark fantasy voor sci-fi. Het spel belooft echter ook andere dingen anders aan te pakken dan een Dark Souls of een Nioh. Lees verder om erachter te komen hoe dat uitpakt.
Vergelijkbaar met Dark Souls?
In The Surge speel je als Warren, een man die in een rolstoel zit en enigszins levensmoe lijkt te zijn. Hij besluit een baan te nemen bij CREO, een idealistisch bedrijf dat de mensheid wil verbeteren en het milieu wil herstellen. Warren gaat hier werken, omdat de corporatie ook exo-suits maakt, waarmee hij eindelijk weer zou kunnen lopen. Op zijn eerste werkdag wordt hij inderdaad voorzien van zo’n pak, maar tijdens de operatie gaat er iets gruwelijk mis. Warren kan inderdaad weer lopen, maar hij wordt ook belaagd door zijn doorgedraaide CREO-collega’s en de robots die in de CREO-faciliteit rondlopen. Wat het verhaal betreft, heb je hier genoeg aan. The Surge is namelijk zo’n game die je speelt voor de gameplay, niet voor het verhaal. Dus, verder naar de gameplay.
Allereerst een korte vertaalcursus van The Surge naar Dark Souls:
Althans, vertaling… De begrippen hierboven betekenen ook weer niet écht hetzelfde. Zo zijn de Ops Centers een stuk dunner gezaaid dan de Bonfires in de recentere Souls-games. Je trekt in The Surge niet van checkpoint naar checkpoint, maar wordt echt aangemoedigd om de wereld te verkennen. Dat is ook echt de moeite waard, want op de meeste plekken valt wel wat te ontdekken: van audiotapes waarin de lore wordt geschetst tot een mooie upgrade van je exo-suit.Tech Scrap: Souls
Core Power: Soul Level
Ops Center: Bonfire
Componenten: Loot
Implantaten: Reinforcements
No Vital Signs Found: You Died
Ook kun je in The Surge zelf (min of meer) bepalen wat voor loot je krijgt van vijanden: door je aanvallen consequent op een bepaald lichaamsdeel te richten, bouw je energie op. Als je genoeg energie opbouwt, hak je het lichaamsdeel in kwestie af door middel van een brute execution en kun je het gebruiken om je eigen exo-suit te upgraden. Hanteert een vijand een wapen dat jij ook wel zou willen hebben? Richt op die arm en wie weet loop jij na afloop rond als de trotse nieuwe eigenaar van dat wapentuig. Aan de andere kant kun je er ook voor kiezen om juist ongepantserde delen van vijanden aan te vallen, waardoor ze sneller sterven. Dit verkleint echter wél de kans dat je een lichaamsdeel van de betreffende vijand te pakken krijgt, omdat de tegenstander in dit geval al dood is voordat jij genoeg energie hebt kunnen vergaren voor een execution.
Dit brengt me bij een ander punt: de verhouding tussen risico’s nemen en beloningen. Dit speelt namelijk een grote rol in The Surge. Hoe meer Tech Scrap je bijvoorbeeld bij je hebt, hoe groter de hoeveelheid Tech Scrap die je verdient als je een vijand doodt. Je kunt er echter ook voor kiezen om je Tech Scrap op te slaan in een Ops Center, waardoor je het niet kwijtraakt als (nee, wanneer) je sterft. Het is volledig aan jou om te bepalen hoeveel risico je neemt – en dus hoeveel spijt je krijgt bij je bijna onvermijdelijke dood. Als je weer tot leven komt, start er een timer van twee minuten en dertig seconden: voor die tijd moet je je Tech Scrap weer bereiken, want anders gaat het voor altijd verloren. Het doden van vijanden verlengt de timer met een paar seconden, maar treuzelen is echt geen optie. Dit zorgt ervoor dat je je meer gaat haasten, waardoor de kans groter wordt dat je fouten maakt in de gevechten die je levert in je zoektocht naar je waardevolle Tech Scrap.
Piek in de dynamiek, dal in adrenalinepeil
Ook de combat in The Surge is radicaal anders dan die van Dark Souls en andere (die-hard) RPG’s. In plaats van de traditionele lichte en zware aanvallen, maakt The Surge een onderscheid tussen horizontale en verticale aanvallen. Wat mij betreft maakt dit de combat een stuk dynamischer, omdat je aan de hand van de positie van je eigen wapen en de tegenstander kunt bepalen welk type aanval het meest gunstige effect zal hebben in een combo. Je kunt echt in een flow komen door de juiste aanvallen aan elkaar te rijgen. Ook zijn horizontale aanvallen geschikter om de torso of benen van een vijand te raken, waar verticale aanvallen juist kunnen handiger zijn om te richten op het hoofd van een opponent.
Toch ontbreekt het aan één ding in de gevechten van The Surge: adrenaline. Waar ik bij een Dark Souls-game begin te zweten omdat de tegenstander het me zo moeilijk maakt, was dat tijdens The Surge vooral te wijten aan het belachelijk hete weer van de afgelopen tijd. De executions voelen echt heerlijk aan, maar helaas waren die de enige reden dat mijn hart sneller begon te slaan tijdens de gevechten van The Surge. Zelfs de gevechten tegen de bazen wisten me geen moment écht van mijn stuk te brengen. Als ik moet zeggen waar dat aan ligt, zou ik zeggen dat de weapon play wat minder verfijnd aanvoelt. Dit zorgt er helaas voor dat de combat net iets minder bevredigend voelt dan die van een Dark Souls of een Nioh. Dat is toch jammer, want de combat heeft écht potentie om een blijvende indruk achter te laten op het RPG-genre.
De technische kant
Waar ik ten slotte nog een woordje over kwijt wil, is de technische afwerking. Grafisch is de game prima verzorgd en op mijn PlayStation 4 Pro draait The Surge als een zonnetje. Naast de sublieme prestaties biedt The Surge óók nog eens opties voor de gameplay en zelfs een paar voor de graphics. Als je bijvoorbeeld niets moet hebben van ‘cinematische effecten’ als motion blur of chromatic abberration, kun je die gewoon uitschakelen.
Dat wil echter niet zeggen dat The Surge technisch perfect is. De game bevat een aantal foutjes, maar de grootste is wel de AI. Soms hebben tegenstanders niet door dat je er bent tot je recht voor hun neus staat. Ook hebben ze het moeilijk als ze je achtervolgen en jij door een deur een hoek om slaat. In dat geval blijven tegenstanders domweg bij de muur staan totdat jij opnieuw door de eerdergenoemde deur loopt om het gevecht te hervatten. In een game die draait om doorgedraaide kunstmatige intelligentie, is het natuurlijk ietwat ironisch als juist de AI niet naar behoren functioneert.
Conclusie
Al met al is The Surge prima geslaagd in het bieden van een Souls-ervaring, waarbij ik tóch geen moment het idee had dat ik een kloon aan het spelen was. De sci-fi-setting en de innovaties in de gameplay zorgen ervoor dat The Surge zich voldoende distantieert van de beroemde die-hard RPG’s, zonder daarbij in te boeten op de essentie van het genre. De adrenaline mag dan ontbreken en de AI is niet altijd even goed, maar toch is het een solide spel waar je veel plezier aan kan beleven. Als je van moeilijke RPG’s houdt en The Surge niet ingaat met het idee dat je een Souls-kloon gaat spelen, is de game van harte aan te raden.