Gamersnet.nl

Review: Goat Simulator

Het idee was om gewoon even te ontspannen.

De dames en heren van het Zweedse Coffee Stain Studios waren uitgeput na de release van Sanctum 2 en besloten wat aan te klooien in de Unreal Engine om weer tot rust te komen. Het projectje wat ze voor de lol maakten in de engine was onzinnig maar humoristisch: de speler stapte even in de hoeven van een geit. Een lompe, doelloze geit. Niks meer dan dat. Voor de grap zet een medewerker van Coffee Stain de buggy gameplay van de zogenaamde ‘Goat Simulator’ op YouTube. Je moet ook wat als programmeur…

Fast forward naar een paar weken later: de video van de alpha build blijkt miljoenen hits verzameld te hebben en het gehele internet eist dat Goat Simulator daadwerkelijk op de markt verschijnt, het liefst nog in al zijn buggy en glitchy glorie. Voor Coffee Stain zit er natuurlijk niks anders op dan het onzinnige spelletje daadwerkelijk uit te brengen, en dat brengt ons nu hier tezamen. Goat Simulator is misschien wel één der meest opvallende games van 2014, en ook die games voorzien we graag van een review op GamersNET.

“Seriously, look at that goat’s neck!”

Als zelfbenoemd gamejournalist recenseer ik graag games op de manier zoals ze bedoeld zijn. ‘Welke doelgroep probeert de game aan te spreken?’ en ‘hoe slaagt de game daar in?’ zijn vaak de vragen die ik mezelf stel als ik een game uittest. Bij Goat Simulator is dat een kwestie an sich. De Zweden van Coffee Stain Studios verkondigen namelijk zelf al dat de simulator een vreselijk dom spel is en dat je je geld beter ergens anders aan uit kunt geven. Nee echt, zo luidt de beschrijving voor Goat Simulator op Steam. De screenshots die de ontwikkelaar daarnaast aanleverde voor persgebruik zitten vol met bewijs van de meest overdreven glitches en bugs. Coffee Stain weet duidelijk als geen ander hoe je een game moet verkopen.

Zes backflips met een fiets aan je tong

Goat Simulator is namelijk allesbehalve een waarheidsgetrouwe simulator. Je speelt geen geit om gras te grazen en urenlang aan je uiers getrokken te worden: je speelt een geit om chaos en vernietiging te zaaien. Je speelt een geit om zes backflips in low-gravity te doen met een fiets aan je tong. Je speelt een geit om onschuldige mensen aan Satan te offeren en daarna een vreselijke ‘Baaaa!’ uit te slaken die het merg in je botten doet beven. Je begrijpt het wel: deze game slaat helemaal nergens op. En dat is best vermakelijk, eigenlijk. Gewoon even doen waar je zin in hebt, maar dan als een geit met schijt aan de wetten van de natuur. Prima toch?

Een verhaal, campaign of een motief zul je niet vinden in Goat Simulator. Als geit is het de bedoeling zo veel mogelijk punten te scoren, wat gedaan wordt door zo veel mogelijk dingen kapot te maken of door bepaalde tricks te doen. Zo kun je als geit ‘tricken’ door om je as te draaien, voorwerpen een trap of lik te geven of door bepaalde handelingen uit te voeren (sleep eens een omstander in een lopende band, bijvoorbeeld). Logischerwijze verdien je de meeste punten door het allemaal in een korte tijd te combineren en alle acties aan elkaar te combo’en, wat soms nog vrij pittig blijkt.

Baaaaa-zige bugs

Daarbij komt natuurlijk ook het feit dat de game vol zit met belachelijke bugs. De ragdoll-physics zijn al hilarisch om aan te zien, maar het feit dat die geitentong zich soms meterslang uit laat rekken of je geitenhoofd tegen je geiten-aars geplakt zit, dat maakt het geheel soms toch nog net even wat vermakelijker. Als speler zul je meermaals vast zitten in muren of per ongeluk tafels vol gereedschap laten exploderen, maar dat draagt juist actief bij aan de ‘randomness’-factor waar de game hoog op acht te scoren. Geen probleem dus, als je het mij vraagt.

Meer van deze onzin, gaarne

De wereld van Goat Simulator is niet enorm, maar er is nog aardig wat in te doen voor een onzinnige game als deze. Je kunt rondstuiteren op de vele trampolines en matrassen, verschillende (mensen)feestjes ruïneren, een tankstation opblazen of op zoek gaan naar de vele verborgen geheimpjes en easter eggs. Zo zijn er gouden geitjes om te verzamelen, maar kun je bijvoorbeeld ook het virtuele kantoor van Coffee Stain Studios opzoeken om daar het immens frustrerende Flappy Goat te spelen. Heel erg diepgaand is het allemaal niet, maar het is een leuk avontuurtje om alles uit te zoeken en wat gekke dingen die in je op komen, uit te proberen. Dat houd je toch zeker een uur of twee bezig. Daarnaast werkt de game met de Steam Workshop, wat betekent dat er ongetwijfeld een scala aan nieuwe mods zal verschijnen voor het spel. Een aantal nieuwe maps of voorwerpen zou de herspeelbaarheid van Goat Simulator gemakkelijk op kunnen krikken.

Conclusie

Al met al is Goat Simulator een geslaagd experiment. Het is een vreselijke game, die een eigen soort charme heeft. Het bewijst maar weer eens dat niet alle games zichzelf hoeven te presenteren als dé nieuwe blockbuster. Goat Simulator is immers een onzinnige grap die zich ook voordoet als het slechtste spel ooit, maar toch kun je er zeker een paar uur in verloren zijn in alle nietszeggende stommiteiten. Ikzelf werd er stiekem toch een beetje warm van toen ik eindelijk op het hoogste puntje van die hijskraan landde, en aldaar een minuutje vrolijk heb staan mekkeren, alvorens ervan af te mieteren. Voorlopig mijn hoogtepuntje in de games van 2014.

Als je het mij vraagt, wint Goat Simulator de prijs voor meest onzinnige game van 2014. Voor sommigen is dat feit alleen al die 10 euro waard, al raad ik de meeste gamers aan om toch even te wachten tot deze ongein in de Steam Sale staat (wat ongetwijfeld niet lang zal duren). Deze game haal je om gewoon ongegeneerd in aan te klooien voor een paar uurtjes, wat natuurlijk prima is, maar wellicht toch net iets te duur voor een tientje. Misschien is de game het meer waard als de mod-community voor de game wat aangedikt is, of als Coffee Stain Studios eindelijk een ‘GOATY Edition’ aankondigt. Tot die tijd, blijf rustig mekkeren.