Half Nederland loopt de afgelopen jaren als een zombie gamend op hun mobiel over straat. Er wordt met boze vogels gegooid en veel snoepgoed vergruist, we botvieren onze ninja-skills op fruit en drukken als een melaatse op het scherm om een beestje te laten fladderen. Het komt iedereen wel bekend voor. Ook de vete tussen zombies en planten is op deze manier bekend geworden en EA brengt deze gekke oorlog nu naar het grote scherm. Zal dit een experiment met een slecht, goed of juist bizar resultaat zijn?
Een vrolijke Call of Duty
Plants vs. Zombies: Garden Warfare bevat niet de gameplay waarmee we het scherm van onze mobiel al tijden mee verslijten. Neen! Het is een third-person shooter die zich in het gekke universum van de franchise afspeelt en ons op een veel wendbaardere manier planten en zombies kapot laat maken. Zie het als een Call of Duty met fleurige bloemen en uitgedoste zombies. In verschillende modi nemen deze twee zijdes het als vanouds tegen elkaar op.
Natuurlijk kan er in Garden Warfare door spelers op elkaar geschoten worden, namelijk met 24 man tegelijk. Als een ware shooter betaamt, biedt het spel een Team Vanquish-modus waarin twee teams elkaar bevechten. Daarnaast is er de Gardens & Graveyards-modus waarin één team een plek verdedigt en het andere de aanval inzet om uiteindelijk een opdracht te voltooien. Simpel gezegd, zijn dit natuurlijk gewoon Deathmatch- en Rush-modi. Ook bevat het spel een variant op Horde-modus, genaamd Garden Ops. Hierin beslist een team van vier planten een deel van een tuin tegen golven van zombies te verdedigen. Het kleine aantal van drie verschillende modi is helaas niet om over naar huis te schrijven en duidt gelijk op het grootste probleem waarmee Garden Warfare kampt, het spel bevat (nog) te weinig content. Dit blijkt uit het niet genereuze aanbod van drie hoofd modi en in totaal acht verschillende levels. Kortom, je speelt vaak dezelfde modi op een iets te vaak terugkerend level.
De gekke soorten planten en zombies die we al uit de franchise kennen spelen de rol van de verschillende klassen. Aan de kant van de planten kan er gespeeld worden als de snelle Peashooter, healende Sunflower, ondergrondse Chomper en sterke Cactus. Iedere plant heeft verschillende speciale krachten, zo is de Sunflower perfect als Medic en kan de Cactus een vliegende knoflook als drone besturen. De zijde van de zombies kan kiezen uit de sportieve All-Star, lompe Engineer, springerige Foot Soldier en vernuftige Scientist. Met krachten als een drilboor voor de Engineer en teleportatie voor de Scientist. De verschillende klassen bieden genoeg diversiteit en lijken de komende tijd niet veel balans tweaks nodig te hebben. Voor beginnende spelers is het echter wel even inkomen omdat het karakters met unieke speelstijlen zijn en de speciale krachten vrijgespeeld moeten worden.
Ken je de Pokémon-kaarten nog?
Ook zijn er nog varianten op iedere klasse die vrijgespeeld kunnen worden. Dit vrijspelen gaat via de stickerwinkel. Met gewonnen munten kunnen pakjes stickers gekocht worden. De stickers kunnen consumables zijn waarmee tijdens het spelen eenmalig computergestuurde hulpjes als potplanten en zombies opgeroepen kunnen worden. Dit brengt een leuke diversiteit in de potjes en is vooral in de Garden Ops-modus erg handig. Ook krijg je via de kaarten spullen om jouw karakters op de meest gekke en bizarre manieren uit te dossen. Verder krijg je zo nu en dan ook een speciale kaart die onderdeel van een set is. Heb je alle delen van de set compleet, dan is daarmee één van de varianten op de klassen vrij gespeeld. De stickershop hangt simpelweg erg van geluk af en dit is iets wat de ene gamer leuk vindt en de ander niet zal liggen. Vergelijk het met het kopen van pakjes Pokémon-kaarten dat ó zo populair is geweest. Vond je de spanning bij het openmaken van een pakje toen leuk of lag dat jou totaal niet? Hetzelfde gevoel zal je met de stickershop hebben.
Micro twijfels?
Op de negatieve punten die al genoemd zijn na, is er verder weinig op Garden Warfare aan te merken. Sterker nog, eigenlijk zit de game prima in elkaar. Zo is er technisch weinig mis en dat kan van andere bekende shooters niet gezegd worden. Ook presteren de next-gen graphics prima. Verwacht geen realistisch look, maar een sfeervolle, grappige en speelse wereld waarvan de textures net even wat beter zijn dan op de vorige generatie consoles. Samen met de zeer grappige geluiden die PopCap heeft opgenomen is de wereld een mooi, humorvol totaalplaatje. Daarnaast is er goed nagedacht over de klassen die zijn neergezet en de verschillende speelstijlen die deze bieden. Het is echt een leuke ontdekkingstocht om uit te vogelen wat goede tactieken voor iedere klasse zijn.
Toch is er ook reden om twijfels te hebben. Voor wie is dit spel eigenlijk bedoeld. De echte hardcore shooter-fanaat die eens wat anders wilt of de casual gamer die meer wilt dan alleen Plant vs. Zombies op de smartphone? Het antwoord is beide en dat is een heel breed spectrum voor een game om te bedienen. Eigenlijk iets té breed. De game biedt geen echte singleplayer mogelijkheden wat een deel van de casual gamers af zal schrikken en de totaal niet serieuze opzet zal ook een groep shooter fans niet aanspreken. Ook is er een pijnlijke mogelijke toekomst met micro-transacties die een kleine schaduw over de game werpt. De franchise heeft er al zo’n miljoen miljard euro opgehaald en het is niet de eerste keer dat een dergelijke betaalmethode in een goedkoper spel wordt gestopt. De stickershop leent zich er natuurlijk ook prima voor een dergelijke verdienmodel. De vraag is of een dergelijk model goed geïmplementeerd wordt, mijn voorwaarde is dan in ieder geval dat een het model louter en alleen bij aankopen voor het uiterlijk zal blijven.
Conclusie
Garden Warfare is een vreemde eend in de bijt en dat moet niet als een belediging gezien worden. Als je dit spel speelt, voelt het echt anders dan de vele andere shooters die er op de markt zijn. De game doet veel goed. Zo ademt het spel sfeer en humor, zit het technisch prima in elkaar en zijn de gevechten door de erg diverse klassen en te gebruiken consumables dynamisch, leuk en niet al te serieus. De Garden Ops-modus is het sterkste onderdeel van de game en laat zien hoe tof een vreemde shooter met roots in de casual gaming kan zijn. Het probleem is helaas dat er daarnaast geen andere modi zijn die dit gevoel heel sterk oproepen. Er zijn op de release sowieso te weinig modi en levels en dit drukt helaas erg op de houdbaarheid van de game. Dat er geen echte singleplayer opties zijn helpt hierbij ook niet. Gelukkig heeft EA al aangekondigd dat er alleen gratis DLC uitgebracht gaat worden. Als er genoeg nieuwe content uitgebracht wordt kan Garden Warfare een leuke snackgame tussen al het andere next-gen geweld worden. Zo’n spel dat je zo nu en dan eens oppakt om gewoon even simpel plezier mee te hebben. Nu is de game echter tof van opzet, maar te klein qua content. Gelukkig is het prijskaartje dat aan de game hangt niet al te groot en zullen spelers die interesse in Garden Warfare en een tikkeltje geduld hebben dus niet al te lang te hoeven twijfelen.