Zoals mijn geliefde collega Michiel al wist te vertellen, beschouw ik Bad Company 2 als een perfecte mix tussen arcade en realisme. Enerzijds hebben we de snelheid en beloning van Modern Warfare 2, anderzijds de tactiek en realisme van Operation Flashpoint. Toch zal de vergelijking alleen getrokken worden tussen eerstgenoemde en natuurlijk Bad Company 2. Hoe logisch dit ook mag zijn, beide shooters behoren tot verschillende subgenres. Welke multiplayer-game dus jouw favoriet mag zijn, hangt volledig af van je persoonlijke voorkeur…
Een ‘tikkeltje’ anders
Bad Company 2 is anders dan gewoonlijke multiplayer-shooters, met name dankzij de realistische en tactische aard. In tegenstelling tot het origineel is Bad Company 2 veel sneller en gericht op nauwe samenwerking. De nadruk ligt nu op teamwerk binnen je squad, bestaande uit vier man. Hierbij introduceert ontwikkelaar DICE ook ‘squad spawns’, waarmee je letterlijk uit het achterste van een teamgenoot komt zetten. Waar de mensen binnen je squad zich ook bevinden, het is mogelijk om snel en direct te assisteren. Zodoende blijft er altijd druk op de ketel en komt dit de balans zelfs ten goede. Het is daarnaast mogelijk om ook in de voertuigen van je teamgenoten te spawnen, zodat er bijvoorbeeld altijd vijf man in de helicopter aanwezig zijn en de mini-guns heerlijk blijven ratelen.
Dit tweede deel bouwt uiteraard voort op de verwoestbare omgevingen, die hét aantrekkingspunt waren van de originele game. Gebouwen, hekken en barrières kunnen nu volledig met de grond gelijk gemaakt worden, met de nodige diepgang als gevolg. Hierdoor is campen een haast onmogelijke taak, ook dankzij de enorme schaal van de mappen. Het geheel is dan ook aardig gebalanceerd, waardoor ‘n00btuben’ en regenbuien van granaten verleden tijd zijn. Dit komt mede door de unieke kill cam, die niet laat zien hoe je bent omgebracht, maar juist waar de tegenstander zich bevindt ná de moord. Dit geeft ruwweg de locatie weer van je tegenstander(s), maar bederft niet de positie van het vijandelijke team.
Ook het sluipschutten is stukken verbeterd, aangezien twee schoten vereist zijn (met uitzondering van een hoofdschot of de hardcore-modus) om iemand van lange afstand te doden. Het is ook veel lastiger om te ‘no-scopen’, waardoor je als sluipschutter moet terugvallen op je trouwe blaffer of mes. Dit laatste wapen voelt een stuk moeilijker aan om te gebruiken, maar is wel zéér bevredigend. Jammer genoeg werkt deze niet altijd vlekkeloos, zelfs bij het kleinste greintje lag. Toch kent de game een ijzersterke balans, waarbij alleen enorme verschillen in rank een negatief effect kunnen hebben het verloop van de game. Want hoe hoger de rank, des te meer ervaring en betere wapens de tegenstander heeft.
Dit is ook verbonden aan de vele unlocks en perks in de game, want ook Bad Company 2 kent een uitgebreid en belonend systeem. Logischerwijs kun je in rank stijgen en per nieuwe rank en klasse wapens, scopes (zoals red dot sight) en specialisaties vrijspelen. Mocht je je zelfs maar specialiseren in één klasse, dan speel je automatisch ook perks (maar geen wapens) vrij voor alle andere klassen. Binnen de Recon-klasse kun je bijvoorbeeld de mortar strike vrijspelen, maar ook speciale perks, zoals extra munitie of een betere conditie, geschikt voor alle klassen. Het gebruik van mortar strikes en dergelijke is overigens niet verbonden aan killstreaks, maar alleen te verkrijgen via een specialisatie. Dit gaat wederom campen tegen en zorgt voor een stevige balans in de game.
Verdeling van taken
Zoals genoemd zijn er diverse klassen, in totaal vier, met elke een afzonderlijke rol. Zo is er de Assault-klasse, gericht op directe confrontaties en het behalen van doelen. Je krijgt in deze klasse ook de beschikking over bijvoorbeeld rookbommen, 40mm granaten en een handig munitieboxje. Met dit handige doosje kun je teamgenoten (en jezelf) continu voorzien en de strijd gaande houden. Ter ondersteuning is er natuurlijk de Engineer-klasse, die fungeert als wandelende garage en de beschikking heeft over een raketwerper. Deze klasse kan op het nippertje de doorslag geven in de strijd tegen bijvoorbeeld een vijandelijke tank of helicopter.
Als ruggengraat van elke squad is er natuurlijk de Medic-klasse, die zich vooral bezig houdt met genezen, reanimeren en het defibrilleren van tegenstanders, met een schokkende ervaring tot gevolg. Op zijn tijd kan het wel irritant zijn om midden in een vuurgevecht gereanimeerd te worden, om vervolgens weer doorzeefd te worden door de lokale tankbrigade. Desondanks is de Medic-klasse in een goede squad onmisbaar en biedt deze dankzij het gebruik van volautomatische machinegeweren perfecte ondersteuning op de juiste momenten.
De vierde en laatste klasse kan hét verschil maken tussen een goede en een geweldige squad. In dit geval betreft dat de Recon-klasse, die zich focust op sluipschutten. Gekleed in een ghillie-suit en bewapend met onder andere C4-explosieven of een mortar strike, is het aan deze klasse om van veraf dekking te bieden en vijanden te spotten. Dit spotten speelt een enorme rol in Bad Company 2, want door een tegenstander te spotten, verschijnt deze automatisch op de radar. Zo kunnen teamgenoten makkelijker aanvallen afslaan en vijanden ombrengen. Vanzelfsprekend kan dit dus ook faliekant misgaan, wanneer het verdedigende team als kippen zonder kop het veld in rent. Eenzaam een station verdedigen is dan ook zeker geen pretje terwijl half Rusland voor de deur staat voor een kop koffie en explosief gebak.
Toch ben je binnen een klasse niet gebonden aan één doel of wapenset, want binnen de Recon-klasse kun je ook gebruik maken van bijvoorbeeld shotguns. Daarnaast kun je sluipschuttersgeweren voorzien van een red dot sight, om op korte afstanden te werken. Alvorens je spawnt is het ook telkens mogelijk om je uitrusting of klasse aan te passen, om je voor te bereiden op een bepaalde situatie. Het ene moment bied je als Engineer ondersteuning om een tank draaiende te houden, terwijl je het volgende moment als Recon van veraf dekking biedt en vijanden spot. Geen enkel potje speelt dan ook precies hetzelfde, want er is altijd genoeg variatie. Bad Company 2 is ook geen game die je ‘even voor het gemak’ kunt spelen, waardoor je ook niet verbaasd moet opkijken wanneer de klok ineens een uur verder is.
Aan de slag
Waar ook de nodige variatie in mag zitten, zijn de diverse gamemodi. Een terugkerende favoriet is Conquest, waarbij modi zoals Rush en Squad Deathmatch nieuwe ervaringen bieden. Op het eerste gezicht lijkt de Conquest-modus niks meer dan een dure naam voor capture the flag, maar het is al gauw duidelijk hoeveel diepgang Conquest kan bieden. Er is een hele strikte samenwerking vereist om controle over de punten te behouden en wanneer dit ook daadwerkelijk slaagt, is de ervaring ontzettend belonend. Er heerst continu een spanning die maar weinig games weten te evenaren, laat staan overtreffen. Conquest is dan ook stiekem de beste variant van capture the flag die ik tot op heden heb mogen meemaken.
Ook de Rush-modus kan enorm belonend zijn, dankzij de enorme druk die op het verdedigende team staat. Binnen deze modus (en de kleinere Squad Rush-variant) is het aan het aanvallende team om telkens twee stations te vernietigen. Wanneer de twee stations vernietigd zijn, opent het volgende gedeelte van de map en begint het oprukken. De mappen zijn hier perfect naar ontworpen, door per stuk een andere aanpak te vereisen. Het ene ogenblik beman je tezamen een tank, terwijl je binnen het volgende gebied weer voorzichtig moet infiltreren. Als laatste rest dan nog Squad Deathmatch, wat een leuke variant is op team deathmatch, met de nadruk op het zijn van de beste squad binnen je team. Er ontstaat als het ware een wedstrijd tussen squads onderling.
Conclusie
Bad Company 2 heeft een multiplayer die diepgaand, hardcore en tactisch is. Zowel veteranen als nieuwkomers binnen de serie kunnen aan de slag, al is er wel altijd een kleine leercurve. Wanneer er sprake is van goede samenwerking biedt Bad Company 2 een spanning en sensatie die onovertroffen is. Het squad-systeem is hier mede voor te danken, want het is zelden dat samenwerking zo belonend is geweest. Verder zorgt de variatie in zowel de gameplay als de mappen ervoor dat het geheel nooit saai aanvoelt of repetitief wordt. Dit is dé multiplayer-game voor gamers die het komende jaar (en de periode daarna) helemaal uit hun dak willen gaan.