Gamersnet.nl

Spore

Er is de laatste maanden een hoop te doen geweest om Spore. Het zou dé ultieme game zijn. Het enige spel dat je de rest van je leven nodig zou hebben, met een oneindig lange speelduur en een onuitputtelijk plezierreservoir. Laten we eens gaan kijken wat daarvan waar is.

Spore is zonder twijfel het meest ambitieuze project van Maxis ooit. Althans, dat willen ze ons laten geloven. De Sims was gameplay technisch al erg hoogstaand en de verslavingsfactor in SimCity was ook al gigantisch. Maar in Spore speel je niet met een poppenhuis. In Spore speel je niet met een stad. In Spore speel je met je eigen soort. Deze zie je gaandeweg evolueren, sterker worden en slimmer worden.

Het spel is opgedeeld in vijf verschillende fases, die in principe als vijf verschillende spellen gespeeld kunnen worden. Spore kan dus gezien worden als vijf games voor de prijs van één, waarbij het spel een schoolvoorbeeld is van een product waarbij het totaalplaatje beter is dan de som der delen.

Celfase

Spore volgt de evolutie van jouw eigen soort en begint bij het begin. Je kiest een planeet uit, welke de eerste vier fasen jouw speeltuin zal vormen. Deze wordt gebombardeerd door een meteoriet, die een hele sloot aan bacteriën met zich meebrengt. Zo ontstaat er leven op deze planeet, en zwemmen de eerste ééncellige dieren rond in de zeeën. Jíj bent zo’n eencellig diertje, waarbij je kan kiezen of deze van de herbivore, carnivore of omnivore soort is.

Zodoende eet je kleine stukjes plant, vlees of andere diertjes op. In de celfase is het letterlijk eten of gegeten worden, waarbij je er vanuit kan gaan dat een groter beest jou vrij gemakkelijk opvreet. Het is dus zaak om achter de kleintjes aan te gaan, terwijl je uit de klauwen van de grote soorten moet zien te blijven. Gelukkig groei je behoorlijk snel, waardoor de prooi al snel de jager wordt. Het is onbeschrijflijk leuk om te zien hoe snel jouw diertje zich ontwikkeld, hoe die gigantische inktvis van daarnet nu een makkelijk hapje is, maar hoe zich net zo snel weer een groter beest aandient.

Naast groeien doe je in de celfase ook iets anders, namelijk het verzamelen van eigenschappen. Denk dan bijvoorbeeld aan een beter stel kaken voor meer aanvalskracht, een trilhaartje zodat je sneller kan zwemmen of een stekel zodat je je kan verweren tegen aanvallers. Dit is iets wat longitudinaal terug komt in het spel, zelfs in de ruimtefase zul je nog bezig zijn om vaardigheden en nieuwe verbeteringen te verzamelen.

Deze objecten zet je niet zomaar aan je wezen, je zult hem daarvoor moeten laten evolueren. Dit doe je door een soortgenoot te roepen en een paringsdans te beginnen. Vervolgens leggen de twee tortelduifjes een ei, na een nog preutsere scène dan dat we uit de Sims gewend zijn. Het nieuwe wezen dat uit dit ei zal kruipen mag jij vervolgens helemaal opnieuw vormgeven, waardoor je keer op keer van uiterlijke eigenschappen kan veranderen.

Wezenfase

Helaas duurt de celfase naar mijn mening een beetje te kort. Je bent er binnen een kwartier tot een halfuur doorheen, terwijl het juist één van de leukere spelelementen van Spore is. Wanneer je groot genoeg bent geworden en genoeg DNA (het betaalmiddel in het begin van Spore) hebt verzameld, ben je de zee namelijk ontgroeid en is de tijd aangebroken dat je op het droge kan klimmen. De wezenfase is nu begonnen en het verschil in gameplay met de celfase is er één van dag en nacht.

In de wezenfase is het de bedoeling om je wezen zo sterk en slim mogelijk te maken. Dit doe je door andere soorten te overwinnen of er een bondgenootschap mee te sluiten. In dat eerste geval is het een simpele serie van turn-based zetten, waarin je een andere soort aanvalt en hem, indien je een carnivoor bent, opvreet. Op die manier moet je steeds een stuk of drie wezens van een soort opeten, om een nieuwe sloot DNA te verdienen. Ook is het mogelijk om er vriendjes mee te worden. Dit gebeurt door middel van een simpele minigame, waarin je een ander wezen bijvoorbeeld moet charmeren, met hem moet dansen of iets voor hem moet zingen.

Het is echter jammer dat de wezenfase niet erg veel diepgang heeft. Naast deze twee opties is er, behalve het eten van vruchten en het verzamelen van eigenschappen, niets te doen. Aangezien de wezenfase een stuk langer duurt dan de celfase is dit redelijk storend, omdat de gameplay al na een stuk of vijf andere soorten behoorlijk repetitief wordt, terwijl je een stuk of veertig (!) soorten moet overwinnen. Dit werd al snel vervelend en ik zette de PC dan ook gewoon uit. Uiteindelijk heb ik de wezenfase in verschillende sessies doorlopen, maar er bleek een nogal leeg gevoel te blijven hangen, namelijk dat van verveling.

Stamfase

Wanneer jouw soort dan eindelijk genoeg hersens heeft gevormd om een stam te vormen, ben je aangekomen in de stamfase. Dit speelt als een real time strategygame, waarin het zaak is om zoveel mogelijk eten te verzamelen. Hierdoor kun je meer monden voeden en nieuwe gebouwen construeren, wat natuurlijk bijdraagt aan het aanzien en de ontwikkeling van jouw stam.

Ook in de stamfase raak je verder gevorderd in de game door andere stammen te vernietigen of vriendschappen met ze te sluiten. Dat laatste gebeurt grofweg op dezelfde manier als in de wezenfase, namelijk door een korte minigame. Het verslaan van andere stammen gebeurt door middel van een behoorlijk laagdrempelig real time strategy-concept, waarin je je wezens uitdost met wapens en de vijand vervolgens verplettert.

Beschavingsfase

Gelukkig is de volgende fase, de beschavingsfase, al na vijf onderworpen stammen of vriendschappen bereikt. Hierin moet je kiezen of jouw maatschappij er eentje wordt die uitblinkt in militair, economisch of religieus opzicht. Vanaf de beschavingsfase is het hoofddoel ook niet meer om jouw wezen te laten evolueren, maar de units waar je mee speelt bestaan nu uit voertuigen of vliegtuigen.

In de beschavingsfase is er gelukkig al een stuk meer te doen dan tijdens de vorige twee haltes. Ten eerste bepaalt jouw speelstijl voor een groot deel de gameplay. Ben je een economische macht, dan kunnen jouw voertuigen verschillende handelsroutes naar andere beschavingen opzetten, terwijl je als militaire macht juist units hebt die andere samenlevingen gemakkelijk kunnen vernietigen. Het doel in de beschavingsfase is dan ook om de planeet die je in het begin van het spel hebt gekozen te overheersen.

Daarnaast beschikt de beschavingsfase ook over een redelijk diepgaand diplomatiestelsel, welke te vergelijken is met het systeem uit Civilization: Revolution. Je kunt vriendschappen sluiten met andere beschavingen, ze omkopen, handel met ze drijven of een oorlog beginnen tussen twee andere samenlevingen en als lachende derde overblijven. Gelukkig kun je dingen ook nog in eigen hand houden. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk om superwapens te ontwikkelen en zodoende de vijand plat te bombarderen. Maar wanneer je het écht niet in je eentje afkunt, is het mogelijk om een samenwerking aan te gaan met een andere stam en samen vijanden te vernietigen. Wanneer je op deze manier als machtigste factie op je planeet uit de bus komt, zul je samen de volgende fase beginnen.

Ruimtefase

Deze is de ruimtefase en het paradepaardje van het spel. Wanneer je hier bent aanbelandt, heb je inmiddels alle andere celwezens in de wateren van jouw planeet overwonnen. Ben je als sterkste en slimste uit de bus gekomen in de wezenfase en heb je andere stammen en beschavingen overwonnen in de stam- en beschavingsfase. Je beschikt nu over een eigen planeet, met een groot aantal steden, inwoners en voertuigen.

In de ruimtefase ben je nu de kapitein van jouw ruimteschip, aangezien de tijd om het universum te verkennen is aangebroken. Het doel is dus om jouw rijk te vergroten in de ruimte, in de richting van het centrum van het heelal. De ruimtefase is ook datgene dat Spore zo speciaal maakt. Oneindige gameplay is niet te putten uit de korte cel- en stamfasen, maar wel uit dit galactische deel van het spel.

De verscheidenheid aan planeten die je zult aantreffen is enorm, en de mogelijkheid om deze planeten te vervormen en aan te passen maakt het spel nog diverser. Bewoonbare planeten koloniseer je, onbewoonbare aardkloten máák je bewoonbaar. Ook hier zet de tweestrijd zich weer voort. Vernietig je de planeten die je tegenkomt, of ga je bondgenootschappen met ze aan? De aanvalswapens die je in de ruimtefase tot je beschikking hebt zijn erg vet en kunnen gemakkelijk hele steden wegvagen. Dit zal echter niet altijd zonder slag of stoot gaan, zo is het meermaals voorgekomen dat ik in een dogfight met vijandige UFO’s terechtkwam.

Vriendschappen sluiten met andere rijken doe je door bijvoorbeeld missies voor ze te doen en dat is een hele verademing. Niet langer maak je vriendjes door suffe minigames, maar moet je er werkelijk wat voor doen. Maar bevallen andere soorten je niet? Dan zul je op een zeker moment het punt bereiken waarin je twee verschillende soorten kunt samenvoegen tot één nieuwe soort, en zo een soort God speelt over het hele universum en niet alleen over jouw eigen wezen.

Conclusie

Spore is een erg goed spel geworden, maar het is niet wat Maxis ons beloofde. Het lijkt er op alsof Spore vooral gemaakt is voor de beginnende gamer. Dat is af te zien aan alles. De gemakkelijke besturing, de geringe diepgang en de niet al te hoge moeilijkheidsgraad. De menu’s werken erg lekker en laten je nooit verdwalen. Zelfs iets gecompliceerds als het laten evolueren van jouw soort is een fluitje van een cent, wat zeker als een compliment gezien moet worden.

Spore ziet er geweldig uit. De graphics zijn scherp, kleurrijk en vrolijk maar het is vooral de stijl van de game die wonderen verricht. Hoe slecht je ook bent als wezenschepper, het is niet moeilijk om een leuke en aantrekkelijke soort te creëren. En ben je nog steeds niet tevreden? Dan download je de mooiste wezens, objecten en voertuigen uit de Sporepedia, waarin alle creaties van andere gamers staan opgeslagen. Dit gebeurt met slechts een paar muisklikken en ook dan nog kun je je eigen twist aan deze wezens geven. Je kunt uren en uren zoet zijn met het perfectioneren van jouw creatuur, maar alles kan ook binnen een halve minuut gepiept zijn. Een groot pluspunt is de animatie van de wezens, want hoe misvormd je ze ook maakt, ze blijven altijd natuurlijk bewegen.

De ruimtefase is zonder twijfel de leukste uit het spel. Spore begint erg sterk met een verfrissende celfase, maar zakt daarna erg ver weg. De wezenfase is de laatste helft simpelweg saai, maar gelukkig wordt er richting het einde van het spel een stijgende lijn ingezet. Tegen de tijd dat je het heelal in gaat ben je – in het spel – miljarden jaren verder en dat voelt alsof je echt iets hebt bereikt. Ik heb de ruimtefase langer gespeeld dan alle andere fasen bij elkaar en het is een zeer goed punt dat Maxis je een nieuwe game laat beginnen in elke gewenste fase, zolang je deze maar vrijgespeeld hebt. Bij mijn tweede soort hoefde ik gelukkig dus niet opnieuw te beginnen, maar ik kon meteen aan de slag als intergalactisch schepsel.

Je kunt dit spel afrekenen op het feit dat de verschillende fasen eigenlijk vijf middelmatige games op zich zijn, met spelelementen die ergens anders al een stuk beter zijn uitgevoerd. Maar zoals gezegd is het totaalplaatje beter de som der delen en daar doe je dit spel dus geen eer mee aan. Spore geeft de toekomst van het sociale gamen een nieuwe vorm. Het uitwisselen van planeten, soorten en aanverwante dingen is ongelooflijk verslavend en heel gemakkelijk. Geen elke game is hetzelfde en door de geweldige Sporepedia is dit inderdaad een Massively Singleplayer Online Game. Spore zal ongetwijfeld een zeer groot succes worden en de eerste game betekenen voor een heleboel mensen, net zoals dat bij De Sims het geval was. Ik wil deze ellenlange review van dit vijf-games-in-één-spel dan ook besluiten met het advies om Spore gewoon te gaan spelen, het is vast wel iets voor je. De kanttekeningen die ik er echter wel bij moet maken zijn dat de middelste fasen in het spel niet altijd even leuk zijn en dat de diepgang soms wat te wensen over laat. Gelukkig maken de ruimtefase en de verschillende editors om wezens, voertuigen, gebouwen, objecten, vliegtuigen en landschappen te scheppen en te veranderen (in totaal meer dan een dozijn!) deze twee minpunten grotendeels goed.