Review: Crackdown

Freeeeee roaming… Het lijkt hét toverwoord te zijn tegenwoordig. Iedereen is er dol op omdat we dan ‘zo lekker veel vrijheid hebben’. Maar net als in het echte leven is vrijheid maar betrekkelijk en worden we net zo makkelijk weer aan de hand genomen en geleefd. Gaat het met Crackdown dezelfde kant op? Lees het in deze review.

Verboden woord

Ik heb me heilig voorgenomen om de woorden ‘Grand Theft Auto’ niet in mijn mond te nemen bij het reviewen van deze game. Ai, daar doe ik het toch… nou ja, ga er maar van uit dat dit echt de laatste keer is want in tegenstelling tot heel veel andere besprekingen van Crackdown zal ik geen vergelijkingen trekken tussen beide spellen. Ten eerste omdat ik dat nogal flauw vind en ten tweede omdat een vergelijking er helemaal niet in zit, simpelweg omdat Crackdown in tegenstelling tot wat velen menen te vinden, een heel andere game is. Zo, dat hoge woord is er uit. Traditiegetrouw beginnen we dan maar met het geijkte ‘het verhaal achter’-gewauwel, want we willen toch wel even weten wat er nu weer gered moet worden, of de aarde ten prooi valt aan wat voor aliens dan ook of dat er weer eens een levensgevaarlijk wapen zoek is.

In Crackdown draait het dit keer om…wacht eens even… eh… ik kan maar weinig ontdekken, ja… nee… pfff… Beste gamers, neem me niet kwalijk, maar er ís eigenlijk geen verhaal. Geen storyline. Geen rode draad. Ik hoop niet dat jullie dat erg vinden, want ik vind dat in ieder geval niet. Er is namelijk zát te doen in de wereld van Crackdown, zat te doen en zat te beleven op ook nog eens een op erg originele manier. Degenen die dus zaten te wachten op een lekkere actie-verhaalgame kunnen dat verhaalgedeelte dus wel op hun buik schrijven en moeten genoegen nemen met een flinke dosis actie. En actie zul je krijgen… meer dan je lief is.

Stad

Natuurlijk draait het ergens om in Crackdown. Het is geen toeval dat we ons net als in een bijna tien jaar oude game van ene David Jones (lees: DMA-Design) in een grote stad bevinden. Deze zelfde mijnheer heeft nu vanuit zijn Real Time Studios wederom een metropool voor ons gecreëerd. Een stad waar van alles fout is gegaan en gáát. Een stad die luistert naar de ietwat vreemde, want tropische, naam Pacific City. Pacific City is opgedeeld in drie grote gedeeltes: Los Muertos, The Volk en Shai Gen, die samen onze fucked-up playground vormen met in het middelpunt van de thuisbasis genaamd The Agency in de vorm van een gigantische wolkenkrabber van waaruit jij je missies gaat vervullen. Ik zeg missies, maar dat klopt niet helemaal. Er is eigenlijk helemaal geen sprake van missies, omdat het simpelweg de bedoeling is om per gebied een enorme eindbaas te verslaan. Dit is gemakkelijker gezegd dan gedaan, want deze tough-guys worden bijgestaan door vele andere ‘onder-baasjes’ die ieder op een eigen gebied de big boss ondersteunen. Schiet je het ene sub-baasje naar de eeuwige jachtvelden, dan zal de eindbaas minder wapenkrachtig zijn; help je een andere onderdaan naar gene zijde, dan zal de heerser van dat stadgedeelte bijvoorbeeld minder manschappen hebben of over slechte vervoermogelijkheden kunnen beschikken. Vind je een gang-boss, dan verandert het strijdperk in een soort gesloten arena en word je bestookt door bewakers en guards van de eindbaas die zij beschermen.

Crackdown is te spelen in drie verschillende moeilijkheidsgraden: Tough, Ruthless en Psychotic. In de twee laatsten krijg je geen tips meer waar je vijanden zich bevinden en dat is soms best lastig en vergt het een boel speurwerk. Daar komt ook nog bij dat een politieagent eerzame burgers natuurlijk moet ontzien dus hersenloos rondmaaien en -schieten is er niet bij. Het onmiddellijke gevolg is namelijk dat je collega’s zich gaan groeperen in Enforcers en de jacht op jou openen. Aan de andere kant zullen de zogenaamde Hit Squads het tegenovergestelde doen, dus het komt er gewoon op neer dat je nooit veilig bent. De bedoeling van het spel is dus om de stad op te ruimen en te vrijwaren van criminaliteit. Daarbij is alles geoorloofd en dus ook alles wat je tegenkomt bruikbaar. Daarom wordt er door het politiekorps van Pacific City naar het uiterste middel gegrepen: JIJ!

Natuurlijk ben jij die supercop die je altijd al had willen zijn, maar het kan nog beter. Je vaardigheden zijn namelijk allemaal te verbeteren en uit te breiden. Standaard sta je al heel behoorlijk je mannetje, je kunt namelijk flinke sprongen maken en beschik je over een bionische kracht die je in staat stelt om alles wat je tegen komt als wapen te gebruiken. Het upgraden van deze vaardigheden is heel simpel: gebruik ze! Hoe meer je gebruik maakt van voertuigen, wapens, explosieven en hoe meer je base-jumpt en je als de grote broer van Spiderman gedraagt, zul je in al deze vaardigheden (Agility (behendigheid), Driving, Explosives, Strength en Weapons) steeds sterker en beter worden. Je bionische vaardigheden uiten zich ook in het wapengebruik. Zo kan je op het moment dat je bijvoorbeeld richt op een vijand of een vijandelijk voertuig, op deze vijand locken en als je dat doet zullen er verschillende onderdelen van deze doelen oplichten waarna er precies kan worden geschoten op bijvoorbeeld armen, benen, banden, de gastank en natuurlijk hoofden.

Het is onnodig te zeggen dat je al deze vaardigheden absoluut nodig zult hebben om de pittige eindbazen te verslaan. Is dit achter de rug en heb je de stad geschoond van alle kwaad, dan zullen in veel gevallen alle skills op ‘max’ staan en dat geeft toch wel een beetje een onbevredigend gevoel. De vraag die je namelijk bekruipt als je na een uurtje of tien a vijftien Pacific City crimefree hebt gekregen is waarom je het nou eigenlijk te doen was… om al het tuig uit te roeien of om zo snel mogelijk al je vaardigheden en skills op maximaal te krijgen? Het is namelijk enorm vet om met je vaardigheden in deze zandbak die Pacific City heet te spelen. Als er echter geen doelen meer zijn zit je echter tamelijk voor lul met je spierbundels, übervette racemonsters, uit de krachten gegroeide wapens en sprongkracht. Het voelt net alsof je met een Formule 1-auto alleen nog maar op zandpaadjes mag rijden. De stad is leeg… je doel is bereikt.

Verzamelen

Maar ik moet niet klagen. Er is vanzelfsprekend zat te doen in Pacific City. Ben je je postzegels of sigarenbandjes namelijk zat, dan kun je je volledig storten op het verzamelen van Orbs. Orbs verschijnen overal waar jij bent en je sporen achter laat. Naast de verborgen Orbs (vind ze allemaal en je unlockt weer een van de achievements) zijn er voor een aantal vaardigheden Orbs te vinden die vaak achtergelaten worden door vijanden. Schiet vijanden naar de verdoemenis en Orbs zijn je deel… verzamel behendigheids-Orbs en beklim makkelijker obstakels en natuurlijk torenhoge flatgebouwen (die trouwens nog akelig precies benaderd moeten worden)… blaas auto’s de lucht in met spectaculaire explosies en je zult beter kunnen sturen en bommen leggen. Al deze vaardigheden zullen dus verbeteren door het vinden van Orbs. De paarse en groene Orbs geven zogenaamde road-race en rooftop-race markers aan aan die jouw Driving-skill zullen doen verbeteren. Een leukere én spectaculairdere manier om je stuurkunsten te verbeteren zijn echter de paarse ringen waardoor je je voertuig moet manoeuvreren.

De weg in Pacific City is trouwens eenvoudig te vinden door de ‘Tracker’ op je HUD. Munitie verzamelen en gezondheid tot je nemen is nog easier door het aandoen van Agency Supply Points, die ook nog eens dienst doen als sneltransport-poortjes. De mooiste functie van de bevoorradingspunten is echter de mogelijkheid om wapens en explosieven op te bergen en eventueel later weer op te pakken uit elk willekeurig ander Supply Point. De Agency Supply Points worden aangegeven op je HUD door een oranje lichtbundel zodra je bij een in de buurt komt. Makkelijker kan niet en je zoekt je ook niet het ongans.

Grafisch is Crackdown een lust om naar te kijken. Het is niet te vergelijken met grafische krachtpatsergames als Gears of War of Splinter Cell maar het rijke kleurenpalet in nogal cartoony omgevingen maken dat je constant met een tevreden gevoel en een smile op je gezicht naar je beeldscherm zit te kijken zonder je te ergeren aan allerlei onvolkomenheden. De soundtrack stelt niet heel erg veel voor maar dat is op geen enkele moment ergerlijk te noemen. Het enige wat bij mij mijn wenkbrauwen qua geluidsprestaties even deed fronsen was de irri-voiceover die met een tenenkrommende stem oneliners de ether ingooide.

Conclusie

Ik ben zeer positief over Crackdown, het spel dat pretendeert veel vrijheid te bevatten maar wat het in mijn ogen niet heeft. De opdracht is namelijk duidelijk, de ‘missiedoelen’ zijn vooraf eigenlijk al volledig bekend en alles in dit spel is al eens een keertje vertoond. Waarom is dit dan toch een topper te noemen…? Simpel, omdat de weg naar de voorbij rollende aftiteling zo verdomd lekker is! Alles werkt zoals het zou moeten werken en weet je het even niet meer of ben je het alleen spelen zat, nodig dan online een medestrijder uit in de co-op mode, die weer een volledig nieuwe dimensie toevoegt aan dit gruwelijk vette spel. De ingesloten Halo 3-beta uitnodigingskaart hoeft geen reden te zijn om deze game aan je collectie toe te voegen… Aan Crackdown zelf zul je je handen al vol hebben en zal je nergens anders aan willen denken. Voorlopig.

  1.   
    DutchFreeze's avatar

    lijkt me leuk
    alleen een beetje laat

  2.   
    Ika Q's avatar

    Game is alleen leuk in Co-op samen met een andere vriend. Ik heb het spel allang niet meer, maar dat komt dat het gewoon niet meer leuk is. Singleplayer is daarbij gewoon behoorlijk saai, want je doel is gewoon wat mensen neerknallen en je skills upgraden en dat is behoorlijk saai. Omdat er ook geen echte verhaallijn in zit, hangt het af van de gameplay zelf, wat alleen een leuk ding is als je met een vriend speelt via Co-op. Als je een 2e speler hebt kun jezelf samen ongein uithalen, maar verders is het gewoon een sandbox game dat gewoon geen ziel heeft. Persoonlijk vind ik dit spel enorm gehyped.

  3.   
    kilio's avatar

    Chille game 8) ik speel e”m nu een jaartje,:D nadeel veel nivau verschil tussen de steden 😥