Sword of the Stars

Geen spectaculaire trailers, geen spectaculaire screenshots, de ruimte moet veroverd worden (goh, wat zijn we origineel) en daarnaast is het ook nog eens turn-based, wat de snelheid uit het spel haalt. En tóch kan Swords of the Stars leuk zijn! Waarom? Lees dat in Diede’s review.

Lekker origineel

We zijn onze tijd ver vooruit, en dus zijn we al lang en breed onzelf door de ruimte aan het verplaatsen. Nieuwe sterrenselsels die ontdekt worden is de orde van de dag en planeten koloniseren is eerder regelmaat dan uitzondering. Helaas is de mens niet de enige die de ruimte wil domineren en overheersen, aangezien er naast de homo-sapiens sapiens nog drie rassen zijn die hetzelfde van plan zijn. Jij stapt in de huid van de mensheid en je doel is dus zoveel mogelijk planeten te koloniseren voordat één van de andere rassen dit doet. Meer kolonies zorgen voor een groter gebied, wat resulteert in meer macht en aanzien. Wij kunnen reizen met de snelheid van het licht, waardoor het reizen tussen de sterren geen probleem vormt. Wat echter wel een probleem vormt zijn de verschillende rassen die elk hun eigen vaardigheden en eigenschappen hebben. De één reist relatief langzaam maar kan teleporteren tussen verschillende punten, de ander heeft geen vrijheid wat reizen betreft maar dient een voorbestemd pad te berijden. Het derde ras heeft weer voordeel in de gevechten tussen zijn en vijandelijke schepen (hierover later meer), aangezien ze sterker en/of sneller zijn dan de vijand. Al met al druipt de originaliteit er niet echt van af…

Technisch

Natuurlijk verwachten we een bepaald niveau van de games tegenwoordig. Redelijke graphics, acceptabel geluid en een gameplay die niet irriteert is toch wel de standaard. Schiet een game tekort op één van deze fronten, dan heb je een probleem. Schiet de game op twee fronten tekort, dan mag je al spreken van een serieus probleem. Is de ‘game’ echter van zo’n laag niveau dat al deze drie criteria slechts illusies blijken, dan… tjah… wat dan? Laten we Sword of the Stars stap voor stap dan maar beoordelen.

Laten we dan maar beginnen met de graphics, aangezien dat toch het eerste is wat de moderne gamer tegenwoordig ziet. Gears of War, Oblivion, Killzone 2, Motorstorm… Bij een beetje game druipt de grafische kwaliteit over je scherm, wat automatisch resulteert in een “wow”, een “check dit” of een ijskoude stilte. Bij Sword of the Stars is er echter geen één van deze drie dingen voorgekomen. Maar dit mogen we natuurlijk ook niet verwachten. Het hele gebeuren zien we niet door de ogen van een hoofdrolspeler, waardoor het niet zo filmisch overkomt als met bijvoorbeeld Medal of Honor. En dus kan ik niet al te kritisch zijn op Sword of the Stars, alhoewel het op grafisch vlak wel zijn beperkingen kent.

Oké, de graphics zijn dus matig. Dan moet het geluid óf de gameplay de graphics maar compenseren. Gregoriaanse zangkoren, haarscherpe vioolsolo’s en explosies die tot in je orgaanstelsel te voelen zijn zouden niet misstaan. We leven tenslotte in het laatste deel van 2006 en dan mag ik toch enig niveau verwachten. Heeft Sword of the Stars Gregoriaanse zangkoren? Nee. Heeft Sword of the Stars haarscherpe vioolsolo’s? Nee. Heeft Sword of the Stars explosies die tot in je orgaanstelsel te voelen zijn? Nee. Hmm… lijkt erop dat het geluid van hetzelfde niveau is als de graphics. De gameplay dan maar?

Gameplay

Blijven er slechts weinig criteria over, maar niet de onbelangrijkste: de gameplay. Voor velen geldt het motto ‘gameplay boven graphics’ en dus is er nog hoop voor Sword of the Stars. Al dan niet afgekeken van Homeworld, het maakt een hoop goed ten opzichte van de graphics en geluid. Het geheel is turn-based, wat wil zeggen dat we het op de schaakmanier moeten doen. Lang nadenken, zetje doen, belletje indrukken en er dan achterkomen dat de tegenstander slimmer is dan jij, aangezien hij jouw fout bloot legt. Hij doet een zet en je schip wordt stukje voor stukje kapot gemaakt. Natuurlijk, frustrerend als het is, lijkt jouw schip altijd sneller kapot te gaan dan die van de tegenstander. Niet dat dit altijd het geval is, maar het gras lijkt immers bij de buren altijd groener. Dat turn-based gedoe kan nog best leuk zijn, kijk maar naar Sid Meier’s Civilization IV. Coole actie, sterke sounds en leuke graphics maakten die game tot een van de besten van het voorbije jaar. Helaas heeft Sword of the Stars weinig van dit alles, maar tóch is de game best vermakelijk. De gameplay geeft je een leuk gevoel, zoals je dat tijdens het spelen van Homeworld ook had. En dus is in deze game weldegelijk gameplay boven graphics, en daardoor weet SOTS zich naar een ruime voldoende te brengen. Zeker is een game als deze geschikt voor LAN-partys, waar een tactisch inzicht centraal komt te staan.

LAN boven alles?

Naast de vele tekortkomingen is deze game dus best vermakelijk. Niet extreem goed, niet extreem cool, maar wél leuk. Ben je echter zo’n mainstream gamer die geilt op graphics, een traantje wegpinkt bij de mad world trailer van Gears of War en kippenvel krijgt bij het opblazen van de grootste voertuigen in Killzone 2 filmpjes, dan raad ik je aan Sword of the Stars links te laten liggen. Ben je echter een leek die zich door het twijfelachtige begin van de game weet te worstelen en verslaafd aan deze game weet te raken (het gebeurt), dan is het toch wel het vriendschappelijke prijsje van veertig euro waard. Zeker als je regelmatig een LAN-party bezoekt. Ook de mensen die Homeworld tof vinden mogen deze game zeker niet missen!

Het is niet mogelijk om op dit bericht te reageren